dinsdag, december 27, 2011

Huize Godtschalck Loker en het Vangheluwes Bisdom Gent

"Ik blijf geïnteresseerd om nieuwe feiten bloot te leggen, vooral van niet-verjaarde feiten", aldus nog de Brugse procureur Jean-Marie Berkvens. Hij roept echter alle slachtoffers op om met hun verhaal naar buiten te komen, ook als die verhalen zouden verjaard zijn.
Le Pere Croquemitaine, 1888
bron: Bibliothèque nationale de France
Humo pakt uit met een scherp verhaal over misbruik door Roger Vangheluwe.(november '36) Het zou hebben plaatsgevonden in 'Huize Godtschalck' in Loker, in de Westhoek. De bisschop bracht de weeskinderen in het tehuis geregeld een bezoekje, samen met zuster Astère. Zuster Astère was een van zijn huishoudsters en had jarenlang in die instelling gewerkt.
'Als de bisschop in de leefgroepen rondhing, stond zijn hele houding me niet aan. Hij ging té intiem met de kinderen om. Hij haalde hen aan, gaf hen een aai, knuffelde hen en nam hen op schoot', aldus een staflid. 'We zagen dat hij te dicht bij de kinderen stond, maar we hebben nooit aan pedofilie gedacht', voegt hij eraan toe.
Er zijn evenwel ook getuigen die duidelijk stellen dat niemand van de personeelsleden in 'Huize Godtschalck' ooit één negatieve opmerking heeft gemaakt over de interesse van de bisschop voor de weeskinderen in het tehuis. 'De bisschop leefde zich heel erg in de wereld van de jongeren in. Hij ging zélf naar hen toe en knoopte persoonlijke gesprekken aan.'
Humo verzamelde ook enkele getuigenissen van slachtoffers.
'We konden nergens terecht met onze bedenkingen - ook niet bij onze ouders. (...) Het was beter om te zwijgen. De handtastelijkheden van Vangheluwe waren taboe', getuigt een van hen.
Getuigen vertellen in het weekblad ook hoe Vangheluwe, tijdens de persoonlijke biecht van kinderen, die momenten gebruikte om hen te betasten en 'in hun broek te zitten'.
'Iedereen zweeg over de perversiteiten van Vangheluwe, want hij was God in Brugge', zo besluit Humo op basis van de getuigenissen. 'We waren dolgelukkig, toen uitkwam dat hij moest aftreden. Hij komt toch niet met alles weg! We hadden het eerlijk gezegd niet meer verwacht', luidde het.
Zuster Astère weigert toelichting te geven. Zij blijft erbij dat ze in de loop van de 25 jaar dat ze voor hem werkte, geen afwijkend gedrag van de bisschop heeft gemerkt.
Vangheluwe antwoordde niet op een mail van Humo met een verzoek om toelichting.
Géén Epinal, gentse feesten 2010

Het parket van Brugge laat weten dat het geen weet heeft van klachten rond misbruik door Roger Vangheluwe in Huize Godtschalck.
In de eerste helft van dit jaar had een leek die op het bisdom werkt wel haar ongerustheid geuit. "Ze had het over een kind dat regelmatig mee mocht naar de privévertrekken van Vangheluwe (toen die nog bisschop van Brugge was, red.).

Maar we hebben het vermeende slachtoffer opgezocht en die vertelde ons dat er nooit iets was gebeurd", aldus het parket van Brugge."Ik blijf geïnteresseerd om nieuwe feiten bloot te leggen, vooral van niet-verjaarde feiten", aldus nog de Brugse procureur Jean-Marie Berkvens. Hij roept echter alle slachtoffers op om met hun verhaal naar buiten te komen, ook als die verhalen zouden verjaard zijn.
Wie leven en werk van Roger Vangheluwe enigszins wil vatten, kan niet om de figuur van zuster Astère heen. Zuster Astère was vijfentwintig jaar lang de rechterhand van de bisschop van Brugge: ze was een uitzonderlijk goede kokkin, waste en plaste met haar hele ziel en zaligheid en sloofde zich voor hem uit. En: ze was zijn ultieme vertrouwenspersoon. Zuster Astère pakte de koffer van de bisschop toen hij, in het voorjaar van 2010, werd gedwongen uit zijn ambt te treden. Ze zwaaide hem uit met tranen in de ogen.
Zuster Astère is van geboorte een boerendochter. Een vrouw die van aanpakken weet: voor ze op het bisdom van Brugge belandde, was ze zestien jaar lang opvoedster in Huize Godtschalck in Loker, een deelgemeente van Heuvelland, in de Westhoek, vlak bij de Franse grens. Oorspronkelijk was het tehuis een instelling van de Zusters van het Geloof, die zich bekommerden om de weeskinderen uit de streek. Maar gaandeweg ging het tehuis alsmaar vaker voor korte of lange duur kinderen in problematische opvoedingssituaties opvangen, kinderen van wie de fysieke of geestelijke gezondheid in gevaar was thuis. Tegenwoordig zitten er zelfs geen weeskinderen meer in Huize Godtschalck, ook al spreekt iedereen in de Westhoek nog altijd over 'het weeshuis'. Zelfs de nonnen zijn uit het tehuis verdwenen: zuster Liesbet, de voormalige directrice, is acht jaar geleden naar het klooster van de Zusters van het Geloof in Tielt verhuisd om er te genieten van een rustige oude dag. Ze zetelt nog wel in de raad van bestuur, maar de huidige directeur is geen geestelijke meer.
Dat was wel even anders toen zuster Astère in de jaren zestig, zeventig en tachtig in de battle dress van haar volle habijt door de gangen schreed en met kordate oogopslag en stentorstem ongehoorzame kinderen tot de orde riep. Veel woorden had ze daar overigens niet voor nodig. Als ze 'Wadedade!' bulderde – 'Wat is me dat!' – zette zelfs het meest onverschrokken kinderhart het op een wild bonzen. Want zuster Astère was dan misschien wel een goed mens, ze was vooral ongenadig als ze overtredingen op de regels bespeurde. Dan durfde ze ook een tik uit te delen, zegt Damien Legrand, een volwassen man van eenenveertig die zijn hele jeugd in Godtschalck heeft doorgebracht. 'Zuster Astère sloeg niet in het gezicht: ze was oké. Maar je moest wel naar haar luisteren of er zwaaide wat. Zij was de haan in het kippenhok.'
Staflid 1 «Ook tegenover de andere begeleiders was Astère dominant. Als zij besloot dat we met zijn allen de keuken zouden schoonmaken, gebeurde dat. De wil van zuster Astère was wet.»
Damien kent zuster Astère persoonlijk omdat hij in 'het vijfde huisje' van Godtschalck verbleef, ook bekend als 'Make Blijde'. Daar woonde de leefgroep van de kinderen die aan Astère waren toegewezen. Zij was het alternatief voor hun afwezige moeder en zo ging ze ook met hen om: de kinderen waren haar reden van bestaan.
Damien Legrand «In het weekend, als er geen catering van het tehuis was, kookte zij voor ons. Ze maakte altijd hetzelfde klaar: frietjes of kroketjes met vlees en groenten, en chocomousse als dessert. Zelfgemaakte chocomousse! Zuster Astère kon fantastisch koken. Daarom is ze later ook naar het bisdom verhuisd: de bisschop zal het wel prettig hebben gevonden dat er elke dag lekker eten op tafel stond.»
In februari 1985 werd Roger Vangheluwe tot bisschop van Brugge gewijd. Hij kreeg van de overste van de Zusters van het Geloof, de grootste congregatie in Vlaanderen, 'twee zusters voor de huishoudelijke dienst' toegewezen: zuster Astère en zuster Annemie. Zij moesten erop toezien dat monseigneur niks te kort kwam. Voor een zuster was een baan bij de bisschop de hoogste eer die je te beurt kon vallen. Een topbenoeming. 'Astère was preus,'zegt Damien. 'Trots dat ze de bisschop in hoogsteigen persoon mocht dienen.'
Staflid 1 «De poort van de hemel ging voor haar open. Ze was gepromoveerd om voor God de Vader zélf te gaan koken. En ze was vastbesloten haar uiterste best voor hem te doen: de bisschop zou voortaan elke dag rijstpap met gouden lepeltjes krijgen (lacht)
Na zestien jaar trouwe dienst viel het afscheid van Huize Godtschalck zuster Astère echter zwaarder dan ze had verwacht. Ze zou de kinderen missen, vreesde ze. En wat als ze het nieuwe leven in Brugge niet gewend raakte? Na enkele maanden twijfelen hakte ze de knoop door, en koos voor een nieuw bestaan: metterwoon vestigde ze zich in de Brugse Heilige Geeststraat in de zomer van 1985.
Ze ging in het bisdom zelf wonen, en dat is niet zo vanzelfsprekend als het lijkt. De huidige bisschop van Brugge bijvoorbeeld, Jozef De Kezel, woont niet in het bisdom. Hij komt er uitsluitend tijdens de diensturen – om te werken. Maar Roger Vangheluwe lééfde er dus, en met hem zijn concierge André, een ongehuwde man uit Kortrijk die in zijn leven vier bisschoppen heeft gediend, en de zusters Annemie en Astère. 'De familie van de bisschop' heetten ze gemeenzaam, en dat waren ze ook: ze gingen vaak samen op stap. En ook binnenshuis vormden ze één gezin: ze woonden en aten samen. Ze hadden weinig geheimen voor elkaar. En zuster Astère, met haar dwingende karakter, speelde algauw de eerste viool. Dat was voor elke bezoeker vanaf minuut één duidelijk. 'Zij bestierde de menage,' zegt een insider.
Eigenlijk was alleen de verhouding tussen de zusters niet best. En na een jaar of acht moest zuster Annemie vertrekken: ze werd vervangen door zuster Clemens– met wie Astère het ook meer dan eens aan de stok zou krijgen.

Geen opmerkingen: