MEA CULPA media blog Bert Smeets
31okt/1328
EEN BLIK MAANSTOF
Gebaseerd op een waar gebeurd verhaal.
Bert Smeets
Ontwerp Peter Soudant (Vormaat)
Tekeningen Raph de Haas
DE HEIMWEE MOORD
Op een Augustus ochtend tussen vijf en zes uur, springt Nicky op. Een vreselijk paniek maakt zich van hem meester. Zonder na te denken loopt hij naar buiten, blootsvoets en met ontbloot bovenlijf! Het is warm, de hele nacht koelde het nauwelijks af in de tent. Een afschuwelijk gevoel, een hem wel bekend vergif grijpt hem voor de zoveelste maal bij zijn keel, voeten, handen, zijn hele lijf! Nicky moet weg of beter het gevoel dat hem bekruipt moet weg. Nicky wil naar buiten, naar huis of iets hem in zijn hoofd opdroeg plotseling op te staan...ga, voor het te laat is. Ga!
Nicky, slechts elf jaar, kende deze vrees voor deze leegte maar al te goed, heimwee, een pijn die hem van binnenuit verschrikkelijk opjoeg. Twee jaar geleden moest hij ook al opgeven en keerde hij vanuit het zomerkamp de Bever terug naar Twinnen het dorp waar hij opgroeide. Dat was de reden dat hij vorig jaar het kamp had overgeslagen, liever tijd met zijn familie en hond door te brengen dan dolen in een rusteloze ziel zonder huis. Nicky’s ziel verachte die lege plek, dat immense gat in zijn bestaan, deze toestand die zich zomaar in hem kon oprichten. Heimwee, een gevoel van uiterste eenzaamheid. Toen Nicky plotseling wakker werd met deze gevoelens deed hem dit opnieuw stikken, een heuse schaduw des doods.
Heimwee het heeft vele voeten maar geen vleugels, het kan alleen kalmeren wanneer het zijn bestemming bereikt. Getroost worden kan pas wanneer het de lucht inademt van zijn eigen kamer, dan verdwijnt heimwee via alle kieren, deuren en gaten naar buiten. Heimwee waar komt dit toch vandaan? Dat je op een plek bent waar je alleen maar denkt aan thuis, je de schoonheid van het land niet ziet, de hei, het dwarrelende, hete maanstof dat rond de tenten waait, tegen kurkdroge dennenappels schopt, dat het gelach vreemd opklinkt uit al die kelen die thuis verlaten hebben om ergens anders te zijn! Vreemd, Nicky vond het allemaal vreemd, dit vreemde land is doordrongen van heimwee, het roept het op, het wil verlaten zijn, zo beredeneerde Nicky. Heimwee is cruciaal in een poging zijn lot te kunnen keren dus moest hij naar huis, ‘ik wil weg, ik wil weg’ schreeuwde het in zijn hoofd dat angstig opkeek tegen deze vlek die alle stof zwart kleurde.
Het, dit ding, deze stoffige grote vlek is een vreemd spook dat hem wilde veranderen, misschien wel zijn grootste angst. Niets mocht hem veranderen, hij wilde blijven die hij was, een jongen die graag vrienden maakte, zelfs vreemde vrienden uit het nabijgelegen internaat de Spider, maar zelf bleef hij trouw aan zijn kleinheid. De grootsheid moest van anderen komen die kon hij bewonderen, hij moest klein blijven, dat was zijn lot.
Nicky kruipt zachtjes uit zijn tent, geruisloos want in deze zielstoestand mochten zijn vriendjes hem niet zien. Buiten loopt Nicky direct naar de douches daar hij iemand zag lopen. Voorzichtig loopt hij over het dorre terrein naar de persoon die hij aanvankelijk niet herkend maar al snel ziet dat Samson die met bezigheden rond het voorbereiden van het ontbijt, dingen klaarzet voor de jonge priesterstudenten. Samson loopt richting toilet en ziet Nicky op hem afkomen.
“Ik wil naar huis”, stamelde Nicky. Samson begreep dat hij zijn plicht moest doen om deze jongen te helpen, en fluisterde intuïtief, ”‘geen zorgen, ik rij je wel naar huis, wacht even”. Samson keek over het terrein zag dat verderop Adrianus uit zijn tent kroop en op de toiletten afliep. Samson nam Nicky mee naar achter de waterbak om zo weinig mogelijk zichtbaar te zijn voor het hoofdgebouw als voor het tentenkamp. Adrianus naderde de toiletten terwijl Samson haastig naar hem toeliep. “Nicky, staat daar achter, hij voelt zich niet goed, de jongen heeft heimwee en wil naar huis. Ik breng hem naar huis, dat wilt hij”! “Ach, die jongen heeft altijd last van heimwee”, dimde Adrianus Samsons toon. Samson keek Adrianus aan met een blik: ‘kijk, ouwe, waar bemoei jij je mee’? “Al goed, als jij nou even bij de jongen blijft, haal ik Temazepam, dat hij rustig wordt”, kalmeerde Adrianus zijn toon. Terwijl Adrianus zich omdraaide en in een sukkel drafje terug naar zijn tent liep, ging Samson direkt naar zijn auto, en zwaaide naar Nicky om in te stappen. “Wat moet ik toch met jouw”, richtte Samson zich naar Nicky? “Ik wil naar huis”! “Geen paniek”, sprak Samson met priesterlijke vroomheid en quasi-inlevend: “je hebt heimee hè, ga maar in de auto zitten, liggen, doe maar waar je zin in hebt, ik zorg wel voor alles, ik rij je wel naar huis”. De vroomheid waarmee dit gepaard ging deed Nicky geen moment twijfelen. Samson spon garen bij dit brave, vrome gedrag dat hij aangeleerd had, het soort scholen en instituten waar hij opgevoed werd met maagdelijke voornaamheid en dit vol goddelijke bezieling naar buiten toe moest uitdragen. Het was een soort tweede natuur geworden deze vroomheid, een pak dat hem als gegoten zat, gelijk een ontwerper die zijn stijl voor jaren had vast gelegd. Alles was schijn aan Samson, zijn wereld waarin hij verkeerde als de orgie op Rommelveld waar niemand weet van had. Wat weet zo’n kind, dat nu volledig afhankelijk van hem is door te suggereren Nicky ‘naar huis’ te brengen, wat weet zo’n kind nu van het leven? In Samsons wereld, de jonge mannen republiek waar bijzondere vriendschappen ontstonden, kregen ze immers les in zaken waarmee zij de wereld makkelijker konden tegemoet treden. Men noemde dit ‘het sextum’ waarin allerlei vormen van seksuele handelingen ter sprake kwamen. De studenten leerden in het ‘sextum’ om te gaan met afwijkingen zoals seks met dieren, seks met kinderen, kortom het hele scala aan menselijke baatzucht kwam voorbij. Daar moesten de seminaristen zich op voorbereiden wanneer zij later de biecht zouden afnemen en al deze schraperige scenario’s vanachter een luikje moesten aanhoren. Zij, de kerk, had hier eeuwen ervaring mee, een schat aan unieke informatie verzameld met de toorn Gods. Ondanks dat seksuele contacten onderling, en zelfs tussen leerling en onderwijzer biechtvader, oogluikend werden toe gelaten want je kunt je beter in je jeugd uitleven dan straks in een celibatair bestaan te moeten opsluiten en handhaven, was het stille advies van zijn opvoeders. Nu, het is zomer, volle maan en een prille, zwoele dag voor de boeg. ‘Hij is ons wel iets verschuldigd,’ beredeneerde Samson terwijl hij Adrianus bij de wasbak tegemoet liep. ‘Hij, die ouwe wil alle jongens voor zich opeisen maar die tijd is voorbij. Ik regel het wel dat die lul zich er deze keer gewoon buiten houdt’. Met deze ergernis en boosheid aan verwijten nam Samson de Temazepam in ontvangst. Twee dagen geleden had Adrianus de geestelijken en jonge Rommelvelders nog verzocht om een mis op te dragen voor de achttien jarige Hendrik in het hoofdgebouw van de Bever. Er mochten geen kinderen bij aanwezig zijn, een sentiment dat alleen bestond om geen onnodige contacten tussen de kampers uit Twinnen en de studenten van Rommelveld te laten ontstaan. Controle over alle banden, en zeker niet in het begin aanwakkeren met een collectieve ceremonie rond de dood van een jongen. Je laat onbesuisde studenten niet in contact komen met onschuldige kinderen die uitgelaten in korte broeken rondrennen en snel contact maken. Er moest enige vorm van controle zijn doch alles leek op een macabere wijze te zijn voorbestemd. Een vloek leek zich vanaf het begin over dit kamp uit te strekken. Adrianus kreeg van Samson het teken dat hij het zelf wel afhandelde, nam de temazepam in ontvangst en hield een glas water voorzichtig onder de kraan. “Ik moet nog even iemand op halen, hier in de buurt, je weet wel daarachter”, wees met zijn hand richting het bos”, en daarna rij ik Nicky naar huis”. Samsons richting bevestigde Adrianus vermoeden dat het ging om ver achter de bosjes, rond de parkeerplaats waar een homo ontmoetingsplek lag, en desperado lotgenoten waar Samson en nog iemand... menigmaal hun vertier zochten.
“Sjjjjttt”!
Samson drong met zijn blik de reactie van Adrianus terug door hem even heel strak aan te kijken. Adrianus wist wat dit betekende, zwijgen over de omstandigheden zoals dat vaker voorkwam in zijn leven, in zijn sacrale omgang met de humano silencio. Wat moest dit voorstellen? Een uitruil tussen zijn verboden verleden en Samsons eigenbelangetjes op het spel zetten? De gelegenheid maakt het misbruik slechts één enkele keer mogelijk, en zo’n moment had zich spontaan, geheel vanzelf, gemanifesteerd, dat was het signaal dat Samson aan Adrianus gaf. Samson had inmiddels de Temazepam in een glas water opgelost. “Ik rij hem naar huis, nu”, beklemtoonde Samson draaide zich om en liet Adrianus ijskoud staan. “Nicky, neem dit en je voelt je dadelijk wat beter”! Achter in de auto dronk Nicky de hypnotische slaappoeder helemaal op.
DE SHINTO BAR
Samson stond op het punt om weg te gaan, althans dat had hij afgesproken met Jezu, een nogal gezette homofiel waarmee hij diep in de nacht tot drie uur sluitingstijd was doorgezakt in de Shinto bar. Samson had de dronken Jezu voorheen bij de parkeerplaats afgezet. Samson zou over het homo ontmoetingsgebied met Jezu meestruinen, daarna even naar het ontbijt kijken, en Jezu weer oppikken. Jezu, zat altijd alleen in de Shinto, hield zich afzijdig van de anderen, was niet echt een hot-piece of enigzins gewild onder de dwangmatig, flirtende homo-scene van de Shinto. Samson kende hem van vele carnavaleske feesten met maskers en uitdossingen die te denken gaven. Waar mannen zich als vrouwen verkleden en vrouwen het zogenaamd doen met iedereen. Het paste bij deze feesten om deze verborgen kanten te showen, van de duistere kant van Jezu’s dubbelleven tot Samsons leefwereld, net als Ad(drianus) ze hoorden allemaal bij diezelfde zwijg en feestclub. Jezu kende twee volkomen tegengestelde kanten: een kant was zwaar autistisch en een andere kant van Jezu liet zich voorop in de optocht des levens meeslepen en bejubelen. Jezu’s vader was hoofd van de Hubertusschool, een katholieke instelling vlakbij zijn woon / werkplek, de leerinstelling Rommelveld. Een kleine wereld, allemaal katholieke vrienden die weten wanneer zij moeten praten en vooral wanneer zij moeten zwijgen. Jezu, en Samson, de zwaar shag rokende kok van Rommelveld, wilden die ochtend een ‘hot full-moon’ uitstapje beleven immers alle ingrediënten waren aanwezig, een droge, zwoele nacht met hoge temperaturen die de alcohol rijkelijk liet vloeien, een volle maan die over deze nacht wel leek te willen uitspatten. Samson verzocht de in paniek geraakte Nicky rustig te blijven, “je bent zo thuis, ga maar wat slapen”! Samson kon zijn ogen niet geloven dat hij die morgen, na een heet avondje in de Shinto met gulzige, donkere geile blikken van vele homo-paren, nu met zijn eigen ogen het puurste jongensvlees kon absorberen. Temperaturen om alle geestelijke aspiraties even aan de blote konten wilg te hangen, een frisse jongen van elf met zijn mooie, ronde donkere ogen, geheel met ontbloot bovenlijf, had in zijn auto plaatsgenomen.
MAANSTOF
Adrianus liep meteen terug naar het kamp om te luisteren of er stille getuigen waren van Nicky’s afwezigheid. Zijn ogen dwaalden over het schemerige terrein, de morgen kneep de laatste duistere vlekken uit zijn ogen, de tientallen tenten stonden kris kras door elkaar, en het kamp leek met een fijn soort maanstof te zijn besproeid. Haastig keek hij naar de ritsen of ze dicht waren, de rits van de tent van Nicky stond nog open en ondanks dat hij naar binnen kon kijken, trok hij de rits zachtjes dicht.
Nicky was weg met Samson mee naar huis maar Adrianus wist wel beter, dit ging weliswaar buiten hem om maar hij wist dat Samson in de buurt van kinderen, gevaarlijk kon zijn. Hij kende zijn eigen soort, ruim veertig jaar geleden werkte hij op een internaat waar ook de broer van een beroemde geestelijke, kardinaal Wust, les gaf. Deze geestelijke kende het internaat de Spider waar Adrianus na zijn veroordeling was aangenomen en waren het juist deze priesters geweest die hem geholpen, gesteund en bovenal vergeven hadden. Hij kon pochen door al deze mensen bij naam te noemen voor een terugkeer in de kleine maatschappij van Twinnen, een wereld die voortkwam uit deze hemelse genade, de ruif van God.
Adrianus en zijn goeie contacten met kerkelijke figuren zijn altijd voor hem belangrijk gebleven, hij bevond zich als lekenfiguur midden in deze poel van macht die de hulp aan kinderen als ‘leidmotief’ uitdroegen om hun heilswerk te kunnen volbrengen. Alleen hij, Adrianus had de pech dat hij veroordeeld werd wegens misbruik maar anderen die veroordeeld werden kwamen er met hulp van de bisschop of andere geestelijke weldoeners vanaf. Er bestond altijd een goed overleg tussen OM en de kerkelijke verantwoordelijken wanneer het op misbruikzaken aankwam. Hij, de leek Adrianus, had het aan hun te danken dat hij na zijn veroordeling weer terug in de kleine Twinse maatschappij langzaam werd gerehabiliteerd. Zij konden een sepot helaas niet bewerkstelligen daar Adrianus geen priesterbescherming ten deel viel. Adrianus belandde in de gevangenis maar uiteindelijk gaat het erom of je iemand vergeeft: de Spider gaf het voorbeeld door hem in dienst te nemen, het dorp vergaf hem in de hoop dat interne maatregelingen zouden helpen op een spoedige genezing.
Werken bij de Spider was deel van het genezingsproces door te beweren dat het werk met moeilijk opvoedbare kinderen pedagogisch vaak onverantwoord is, dat de ravottende kinderen wel schoon te bed moesten, vandaar dat ook hun geslachtsdelen goed gewassen werden. De broer van kardinaal Wust moest zich tegen seksuele beschuldigingen ooit verdedigen.
Soort zoekt soort, zo is het altijd geweest maar deze maal voelde Adrianus zich er heel ongemakkelijk bij. Hij voelde dat hij de Temazepam niet had moeten geven, een half tablet is voldoende voor de korte termijn rust maar voor hij het wist was de auto met Samson en Nicky weg. Het toeval liet die ochtend alles in een andere volgorde plaatsnemen. De auto was van Jezu. De temazepam van Adrianus, het plannetje van Samson. Jezu en Samson waren die ochtend naar de ontmoetingsplek gereden, ook omdat Samson alleen het eten wilde voorbereiden en daarna zou hij Jezu oppikken bij de parkeerplaats van de Bloemerheide. Dit verschafte Samson weer een alibi dat hij niet in het tentenkamp was geweest.
Nicky had het ‘pammetje’ in een glas water op een lege maag ingenomen. Binnen enkele minuten kan het amfetamine spul gaan werken. Een Australisch onderzoek naar Temazepam had uitgewezen dat het sterk kan verschillen van persoon tot persoon en Nicky was die ochtend niet helemaal uitgerust, integendeel er was ruzie geweest met een van zijn kameraadjes, laat te bed met een griezelverhaal over een jongetje dat zomaar zou verdwijnen. Daarbij taste heimwee alle zenuwcellen in hem aan, een volledige geestelijke verwarring maakte Nicky blind. Temazepam behoort tot de meest voorkomende drugs die tot zelfdoding leidt, een heerlijk slaapverwekkend middel met fatale gevolgen.
Daar wist Nicky niets van, Nicky wist niets, voelde even niets meer en dommelde weg. “We gaan naar Twinnen”, zong Samson, “we gaan naar “Twinnen, Twinnen Twinnen”, het stelde Nicky gerust want dat hoorde hij nog: ‘Twinnen, winnen..winnen deed hem altijd plezier. Samsons Rommelveld en zijn verkennergroep uit Twinnen waren al heel lang dikke vrienden, immers ze lagen samen op camping de Bever, te Bloemerheide, hoe romantisch.
Enkele honderden meters verderop bij de parkeerplaat sprong Samson uit de auto, sloot hem voor alle zekerheid af en liep door enkele struiken het bos in. Nicky was even recht gaan zitten om te kijken wat er aan de hand was. Verbaasd keek Nicky om zich heen maar vertrouwde op Samson, zijn reddende engel uit het andere kamp, en ging weer liggen. Nicky’s probleem hoefde niet meer benoemd te worden, zij, kampleider Adrianus die Nicky vanuit een ooghoek bij de wasbakken had zien staan overleggen, hij en Samson hadden gelijk zijn probleem herkend en zouden hem veilig naar huis brengen. Het enige waar Nicky echt aan kon denken, naar huis, oh naar huis, hoe graag wilde hij naar huis.
GEHEIME FILM
Adrianus was ondertussen zijn tent ingekropen om over de situatie na te denken. Buiten adem probeerde hij na te denken. Hier had hij het pammetje in handen gehad, door midden gebroken, hij kende de uitwerking van dit middel maar al te goed, ‘een halve pil want hij wilde geen heel tablet geven, dat was verstandig. Nu, nee er mocht geen spoor achter blijven want mochten er zaken fout gaan, dan konden de miniscule korrels van het ‘pammetje’ wel eens fataal worden. Hij voelde zich steeds slechter over de ontstane situatie die hij had laten gebeuren of hij in een film zat, een oude film waar hij menigmaal zelf een rol in had gespeeld, een rol die hij van buiten kende als volwassen gebleven kind. Zijn hele leven dicht in de buurt van kinderen. Deze geheime film had Adrianus echter geen grip meer op, het kreeg een ongeschreven scenario dat doordraaide in zijn hoofd, hij wilde het stop zetten maar hoe hij zich ook verzette, de film bleef steeds hetzelfde onheilsspellende scenario afspelen. Adrianus schrobde en veegde met blote handen waar hij maar kon, ondertussen draaide zijn hoofd overuren. Zijn naam was direct en indirect verbonden met een lange geschiedenis van misbruik, namen van leiders, broeders en vele anderen konden worden genoemd en meegesleurd in deze morbide afgrond van kinderspielerei. Niemand ondernam er ook echt iets tegen, er hing decennia een stijlvolle status-quo bij het OM en de geestelijkheid om God niet in diskrediet te brengen. De politie was bij vele misbruikzaken ook onder de indruk hoe sommige geestelijken werden aangepakt door de kerkleiding. De arme, celibataire daders werden onmiddellijk naar het platteland gestuurd om de rest van hun leven met een zwart kruis boven hun hoofd te werken.
Krom, voorover gebogen, tot ze erbij neervallen zouden ze ‘in het verborgene’ gestraft worden. Hoe zij hun kaders kenden door meteen pasklare maatregelen te nemen. Afdoende therapeutische maatregelen werden altijd getroffen door de kerkelijke leiding zolang het maar niet naar buiten lekte. Dan was het logisch dat deze paters, priesters, broeders, nonnen in seksuele nood verkeerden, zij konden niet, mochten niet, een vorm van geestelijke onrijpheid die was ontstaan moest weer gezond, met Godsliefde worden aangepakt, aldus luidde het credo van de kerkelijken. In werkelijkheid pakte niemand deze kinderspielerei aan, niemand durfde, niemand wilde. Aan de gevolgen van misbruik bij de slachtoffertjes werd niet bij stilgestaan.
Bij bekendmaking van misbruik door geestelijken zouden de emoties hoog oplopen, het zou Twinnen en verre omstreken in vuur en vlam zetten. Niemand zou nog enige controle hebben over de situatie, de emoties, de verdachtmakingen zouden uit diepe beerputten alarmerend naar buiten klinken. Mensen die zelf het meest te verbergen hebben slaan het eerste door, daar was Adrianus als oude rot van doordrongen. Dan was hij kregelig over het feit dat Nicky de vorige avond nogal gedurfd zonder zwembroek onder de douches had gestaan, anderen mogelijk op verkeerde gedachtes te brengen. Nicky riep door zijn provocerend gedrag en het tekenen van grote piemels de nodige onrust op, binnen als buiten het tentenkamp. Adrianus zuchtte en jammerde binnensmonds in zijn tent. ‘En dan wat gaat die gek Samson uitspoken, het voelt vreselijk, het is niet pluis en hoe meer ik erover nadenk hoe erger het wordt. Ze gaan dit kind toch niet onder invloed van zijn temazepam misbruiken’, besloot Adrianus.
Met mijn stomme kop heb ik dit uitgeprobeerd bij Mayke om te kijken hoe het werkt, ik heb zelfs haar kleren aan en uitgetrokken of ze iets in de gaten kreeg. Niets, wonderbaarlijk spul. God, ik heb niets met haar gedaan, ik zweer het. Ik wilde graag chaperonneren, iemand een makkelijke middag bezorgen zodat hij met een gerust hart kon oppassen. Hoe Adrianus ook alles probeerde te beredeneren oude geesten en demonen waren gewekt en hij kreeg ze niet meer in de fles.
Ik mag geen rare dingen doen, zo ver mogelijk weggaan van deze plek. Ze mogen geen sporen van temazepam vinden daar ik in mijn tent, puur uit zuinigheid en uiterste voorzichtigheid een pilletje heb doorgebroken. Ieder spoor zal naar mij wijzen. Adrianus liep, nadat hij zijn tent had schoongemaakt, naar de keukentent daar praatte hij met Willem, ging ondertussen door met opruimen, schrobben om aan te geven dat er iets mis was, dat iets weggepoetst moest worden. Toen schoot hem te binnen dat hij Sjors moest wekken, ging naar zijn tent en maakte hem wakker op een manier die Sjors doet schrikken. Adrianus rammelt aan zijn voeten. “Hey, wat! Is er iets”? “Nee, wakker worden”? “Wat, is er”? “Niks, opstaan”! Adrianus verliet de tent, “sta op, ik zie je zo”. In de keukentent waar de koffie geur je vol tegemoet komt besluit Adrianus opeens met de stille trom te vertrekken, “ik ga naar de begrafenis van Dirk, ik moet me daar laten zien”. Sjors keek Adrianus na, en voelde dat er iets mis was maar begreep dat hij de leiding van het kamp in handen moesten nemen, en dat gaf hem kracht en macht, ‘als je ergens de baas over bent moet je dit ook waarmaken’. Macht over kinderen voelt altijd goed.
ONDERTUSSEN IN DE AUTO
Nicky’s sedatie wekte enige bezorgdheid bij de beide mannen. Hij schokte een beetje, zakte onderuit en draaide met zijn ogen. Samson zat achter stuur en Jezu hield Nicky in de gaten. “Heb je nog wat te drinken voor de jongen”, riep Samson. “Ja, in het dashboard zitten wat blikjes”. Jezu pakte een blikje bier en maakte het zonder scrupules open. “Nicky, even wakker worden, drink, dan voel je je snel wat beter”. Nicky nam het blikje in ontvangst en dronk. “Ha, hij drinkt gewoon bier, het kereltje is dorstig. Is goed mannetje, niet alles, kom geef hier dat blik”. Jezu boog zich naar Nicky die zich gelijk op de achterbank liet vallen. “Jeetje die kan niet veel hebben, het lijkt niet zo best met hem te zijn”! Samson draaide zich om, “wat gebeurt er dan”, en keek snel voor zich om niet de Bloemerhei in te rijden. “Christus, ik kan het niet goed beoordelen maar het lijkt dat Nicky niet lekker is”? “Nou, lijkt mij juist wel. Lekker mannetje”! “Nee, dit jongetje is onwel en niet zo’n beetje ook! Laten we een dokter opzoeken”! “Een dokter”? “Ja, man maar waar vinden we zo snel een dokter? Laten we eerst even checken hoe Nicky’s staat is”. Samson gaf gas, ree langs het lager gelegen kerkhof, over de provinciale weg die precies tussen de dorpen lag, slechts een paar kilometer verder bevond zich de werkplek van Samson, de veilig afgelegen leerinstelling Rommelveld, daar konden ze kijken wat er aan de hand was met het jongetje. “We zullen gelijk een dokter moeten bellen”, orakelde Samson. Jezu probeert ondertussen Samson ervan te overtuigen dat ze beter direkt naar de dokter konden rijden dan naar Rommelveld. “Ja, man er is genoeg expertise op Rommelveld, maak je niet druk, dat is de beste plek waar een in slaap gevallen Nicky na het innemen van die slaapverwekker onderzocht kan worden of er niets ernstigs aan de hand is”. “Of we rijden naar jouw”? “Bij mij heb je aan alle kanten buren, postbodes die voor iedere brievenbus staan te twijfelen of het ook wel het goede adres is, rij naar jouw, jij hebt de ruimte en de faciliteiten”.
CYRIELS KUITEN
Tegenover de tent van Nicky lag helemaal alleen de seminarist Cyriel, hij had voor de verdwijning van Nicky de kampleiding gewaarschuwd ‘dat het kamp onveilig’ was, hoe de tenten kriskras ongeorganiseerd door elkaar stonden. Cyriel, de Rommelvelder, legt omstandig uit hoe hij de situatie ziet betreffende de onveilige situatie waarin het zomerkamp is neergezet. Hij praat hier met verschillende kampleiders over die hem onbegrijpelijk aanhoren en vertellen dat ze het zo al jaren doen. Hij zou liever noordelijker zijn gegaan, “In Helder, daar zijn we vaker op kamp geweest. Nu, de keuze voor de Bloemerheide is een vreemde”! Cyriel heeft meerdere gronden om de kampleiding op de onveilige situatie te wijzen. De belangrijkste zou de ‘homo-weg’ zijn die kilometers lang door het gebied loopt. Cyriel had op Rommelveld heel wat gesprekken opgevangen over de plezier en seks uitstapjes die verschillende mensen van Rommelveld ondernamen naar de Bloemerhei. Maar ook gaf het een gevoel van vrijheid om buiten te liggen, niet steeds dat samenklitten in het hoofdgebouw maar buiten ‘in the open’, dat was de reden dat hij er ging liggen, “vrijheid”, kirde Cyriel, “vrijheid, dat is wat ik wil”! Op Rommerveld bestaat een andere cultuur, een ogenschijnlijke introverte, gesloten aanwezigheid tussen leerlingen en leerkrachten waar fysieke spanningen op zijn tijd werden ontladen. ‘Kuiten’ noemden ze het wanneer opstandige spelletjes uitmonden in gevechten, scabreuze liedjes die luidkeels worden meegezongen, als het maar schuin was des te groter de pret. Dit ‘kuiten’ gebeurde altijd onverwachts, deze opgehoopte spanning lag steevast te broeien onder de huid van iedere seminarist. Het kon zomaar ontstaan en de gekste dingen konden gebeuren, althans als de leiding niet aanwezig was. Een huid zo gespannen als een Juju oorlogstrom waar opgehoopte spanningen en latente bezetenheid omgezet kon worden in een positieve sfeer. Deze ‘kuiten’ energie kon ‘plotseling omslaan’ vreesde Cyriel op het Bloemerheide zomerkamp wanneer al deze losgelaten religieuze jonge honden gevoed werden met aardse vrijpostigheden. Gevaarlijk is de innerlijke houding wanneer die toestaat alles te verdraaien, met de groep mee te gaan ondanks dat alles wat je zegt later tegen je gebruikt kan worden of onterecht in iemands schoenen geschoven wordt of wanneer iemand het beter uitkwam weer iets anders te verzinnen, kortom een door en door manipulatieve wereld waar de noodzaak om te stoken, op te geilen en te liegen volledig normaal is. Echter Cyriel zag in al deze overwegingen alleen voordeel om uiteindelijk niet bij de grote groep te gaan liggen, hij alleen in de vrije natuur, herhaalde hij nogmaals. Cyriel wilde niet bij de andere seminaristen in het hoofdgebouw maar in een tentje vlakbij de groep van Nicky en zijn makkers die als echte nachtridders het kampleven wilden ervaren.
Wat Cyriel verhult is dat niet de chaotisch opstelling van het tentenkamp ‘gevaarlijk’ is maar de dreiging van misbruik door mede-studenten, de kliek Samson voor het kamp al rond bazuint dat zij jongetjes zullen inwijden, buiten in de frisse lucht, onder de bomen en waar dennen geuren hun longen zullen openmaken, het onstuimige zand onder hun voeten zullen de driften los kietelen, “het maakt mij niet uit, het is me al eerder gelukt, ik wijde ze in”, Samson sloeg demonstratief een kruis boven op zijn borst. Cyriel lag met zijn tentje als een soort buffer tussen zijn groep en de kampkinderen uit Twinnen. Nog een, niet onbelangrijke reden om vlakbij de tent van Nicky te gaan liggen, was de onafhankelijke positie, je weet maar nooit waar die goed voor is.
Samson had het vaker over ‘de kinderen van Adrianus’ die al ingewijd waren, de reden om het kamp door beide groepen gelijktijdig te beleggen, zorgde voor de nodige opwinding. Cyriel vertrouwde het allemaal niet in een wereld te vertoeven waar kinderen de rode draad vormden in talloze ondubbelzinnige gesprekken. Gesprekken met interessante vrienden die Adrianus kende van zijn tijd op het internaat de Spider in Twinnen waar de broer van de kardinaal Wust werkte. Er waren priesters die voor de tedere leeftijd vielen en die door hulp van de kardinaal een stage plek kregen aangeboden op de Spider. Ze baden, deden schietgebedjes, lieden die binnen deze gesloten, heilige wereld een gelofte van geheimhouding hadden, mijmerden over de omgang met de jeugd, hun hart en ziel, en ook de studenten van Rommelveld werden niet als ‘zuiver’ beoordeeld dat bleek alleen al uit de opwinding vooraf aan het jaarlijkse tentenkamp. De hogere en de lagere driften sloten elkaar ook niet uit wanneer deze extremen op stoffige maannachten elkaar willig bereikten.
Cyriel observeerde als geen ander zijn medeleerlingen en hun leiding. Hij zat er tussen in, leefde met ze en probeerde zijn eigen rol te analyseren. Zij, de Rommelvelders hadden niet voor niets het kamp opgeslagen vlakbij de homo ontmoetingsplek. Het was niet zijn idee maar het was duidelijk dat Samson daar vaker zijn heil zocht. Cyriel vond het niet veilig vooral met dat pad vlakbij de tenten van Nicky en zijn makkers, het leidde rechtstreeks naar de parkeerplaats. De hele ontmoetingsplek slingerde zich langs het kamp, een kilometers lang lint aan dolende types op zoek naar seks. Het was voornamelijk een bekende groep die er kwam maar ook bi-courious paren die het lekker vonden om in het openbaar te neuken. Als je op enige afstand bleef, vonden deze paren dat goed. Het kwam zelfs voor dat een stel het bij de parkeerplaats deden, lieten anderen mannen toe die dan lust kregen om het ook met elkaar te doen. Je zou denken dat het vreemde types waren die seks in de openbaarheid praktiseerden maar meestal waren het keurige nette gehuwden die de hei opwandelden en hun fantasieën de vrije loop lieten. Dit allemaal gebeurde rond, langs of voorbij het zomerkamp waar Nicky en de van kindermisbruik veroordeelde kampleider Adrianus hun tenten hadden opgeslagen. Iedere ouder die geweten zou hebben waar hun kind de zomervakantie zou doorbrengen zou onmiddellijk de deelname stopzetten en weigeren nog langer enige vertrouwen uit te spreken in het locatie besef van de kampleiding.
Er hing een kwaadaardig duivels karma rond dit zomerkamp dat belust was al deze energieën in zich op te nemen. De duivel speelde zijn eigen rol in de verboden praktijken van kloosters en andere opvoeding gestichten, gesloten dorpen zoals in Twinnen waar Adrianus rol zich kon ontplooien, ondanks zijn vergrijp aan kinderen, een bijzondere plaats wist in te nemen. Overal waar enige discretie en geestelijke waardes als zuiverheid en onthouding ter sprake kwam fluisterde men over de duivel, ‘hij is er, pas op, hij is er’! Er was maar een manier om de duivel te verbannen en dat was knielend voor de geblokte ruitjes van de biechtstoel daar kon je je zonden berouwen en je geweten in Gods handen leggen. De duivel ging daarna gewoon weer tekeer maar geen paniek, kerkelijke wetten kregen voorrang boven de arm van de wet. In die zin wast Gods handen alles schoon.
Cyriel huiverde over deze omgeving, jaren geleden verdween, niet ver van de plek waar Nicky’s kameraden hun tenten hadden opgeslagen, een elf jarig jongetje die later dood werd gevonden in de tuin van de pastorie. De pastoor kende een misbruik verleden al sinds de vijftiger jaren net als Adrianus, de provinciaal-overste wist er al vijftien jaar van, en het meest ongelofelijke na al die jaren van misbruik was dat hij na zijn aanhouding verhuisde naar het missiehuis te Pan, en van daaruit verleende hij assistentie aan de kleine broedercommuniteit van de broeders van Onze Lieve Vrouw van de zeven Smarten in de Spider, te Twinnen? Bescherming genoten, voorwaardelijke sepots, geruchten over misbruik van de pastoor en het dode jongetje werden nooit omgezet in daadwerkelijke opsporing of bewijzen, het jongetje had zich immers zelf opgehangen. Sommige zaken zijn ook niet te bewijzen, beredeneerde Cyriel, daarvoor wordt er te laat ingegrepen, is men vooringenomen en sleutelinformanten worden gedegradeerd tot voorbijgangers.
KAMP ZONDER VUUR
Op het kamp was het rustig, sommige kampleden zaten stil voor zich uit te staren, passief of lamgeslagen, in ieder geval niemand deed iets. De ouders en familie, vrienden van Nicky liepen al uren rond, zochten, fietsten door stoffige zandpaadjes stopten bij het beekje, schreeuwden in de bossen terwijl de kampleiders een andere houding uitstraalden, gelijk een kamp zonder vuur namen ze bewust een passieve houding aan. Passiviteit als teken en geruststelling ‘dat er niets aan de hand is’. Het moest de kinderen afleiden. Als men het kamp zou opheffen zou men er vanuit kunnen gaan dat er iets ernstigs met Nicky was gebeurd, dit moest naar buiten toe worden gecamoufleerd, en zoals het gaat bij camouflage pakken, ze werken de eerste tien minuten maar daarna valt men terug in het eigen gedrag. De kinderen die bij Nicky in het tentje lagen huilden en waren onrustig, er werd door de kampleiding een bezwerende toon gebezigd waar anderen boos op reageerden. Een van de kampleiders beweerde dat het de ‘eigen, vrije keuze’ van Nicky was geweest om weg te lopen. Het opmerkelijke bij dit soort uitspraken is dat iemand iets invult zonder acht op te letten hoe deze onschuldige gedachte ontstaat. De uitspraak werd dan ook meteen verworpen, waanidee, gewoon een onwaarheid. Doch het gekke is dat deze kampleider de waarheid sprak: Nicky liep doelbewust, uit vrije wil weg. Of de kampleiding wist méér en nam dit aan in de wetenschap dat er al die ochtend stemmen opgingen dat Nicky uit vrije wil was weggelopen. Het insinueerde tegelijkertijd ‘dat het zijn eigen schuld was’! ‘Je loopt niet zomaar weg, beste kinderen’. Iedereen wist dat het gevaarlijk was op de Bloemerhei, en zeker Cyriel de seminarist die de leiding had gewaarschuwd over het gevaar ‘buiten’. Buiten in ‘the open’, in de goddelijke, warme zomerlucht, lonkte de hei, droog en breekbaar als een rietje.
Cyriel ziet dat Willem in stilte ‘lijntjes, verbandjes’, rond Nicky’s verdwijning bespreekt met andere kampleiders. Sjors had de leiding en nam die ook, daar nu van hem geeist werd dat hij koel zou blijven want de jongen was immers uit ‘vrije wil’ weggelopen. De politie die het kamp bezocht werd niet bepaald gealarmeerd door de uiteenzetting van Sjors en daarbij onjuiste, uit de lucht gegrepen, informatie gaf. Hij zou een korte broek en een T-shirt dragen? Bewuste misleiding met de manipulatieve suggestie dat het jonetje ordelijk gekleed was. Netjes, niks bloot of van dat soort verleidelijke zaken. Sjors ging ‘s middags aangifte ging doen, de controle moest bij hun blijven. De ouders van Nicky gaven zij het idee dat Sjors en de zijnen nou eenmaal de verantwoordelijkheid droegen en daarom de touwtjes in handen namen. Sjors speelde een emotionele troef uit die onmogelijk door de agenten kon worden beoordeeld: ‘het jongetje zou last kunnen krijgen van heimwee’. Deze boodschap had twee kanten, enerzijds sust die het geweten ‘dat Nicky dan vanzelf zou terugkomen, ‘laat ze lopen, paarden die wegrennen keren altijd naar hun stal terug’, was de boodschap. En anderzijds is het zelfs voor Sigmund Freud ondoenlijk heimwee op iemands gezicht te kunnen aflezen, laat staan agenten die honderden tips en signalen dagelijks opvangen. Er zijn immers veel emoties die op heimwee lijken van dikke en dunnen tranen tot hysterisch geschreeuw. De agenten maakten hun aantekeningen maar vonden geen aanleiding deze Sjors nader in de gaten te houden. In tegendeel Sjors won het vertrouwen van de politie, zijn quasi-openhartige houding zorgde ervoor dat zij nota bene met hem afspraken: ‘dat ze elkaar op de hoogte zouden houden’. Ceriel vroeg zich af, hoe dom kun je zijn. Zij kunnen al hun lijntjes uitgooien! De politie kent deze gasten niet. Hun beweringen dat het de eigen, vrije keuze van Nicky is geweest is hilarisch want hoe kun je dat staven bij een vermissing? Je oordeelt hiermee over een verdwijningszaak, dat het zijn eigen schuld is. Je verbergt daarbij ook nog iets wezenlijks: ‘wij hebben er geen schuld aan, niks mee te maken’? De vader van Nicky maakte een treffende opmerking: “er lijkt dat gezocht wordt maar er gebeurt niets”. Eindelijk gebruikte iemand zijn intuïtie.
HET PAD VAN DE DUIVEL
Samson kwam terug van zijn rondje door Rommelveld. Hij liet zien dat hij aanwezig was, lang geslapen had, gaapte links en rechts en zei nonchalant “koffie, het enige dat mij wakker kan maken”. “Ga je vandaag nog naar het kamp”, vroeg een priester nadat hij maar bleef gapen. “Nee, morgen is de bedoeling”. “Geniet van de zomer, de nachten zijn donker gebrouwen als monniken bier”, lachtte de priester zonder te weten wat hij met deze woorden aanrichtte. “Bid voor ons zondaars”, antwoordde Samson laconiek. “Ach, dat helpt bij jouw niet”, proestte hij het uit. “Nou, je hebt de keuze om mens te worden of mens te zijn? Wat wil je”?
Op Rommelveld hangt een macabere, aparte tweedeling tussen donker en veel licht bij het begin van een nieuwe dag. Gods bestaan komt er beter tot zijn recht door de stille gangen die uitnodigen tot contemplatie. Er kan geestelijk overleg plaatsvinden op een binnenplaats met dennenboom. Dennenbomen het zit in ieders Christelijk geheugen, collectiever kan een plek niet zijn, de geboorte van Christus heeft de geur van dennenbomen en blijft altijd jong (en groen). Tegenover de verblijfplaats van Samson staan dennenbomen. Andere delen van de leerinstelling staan volledig in het teken van de sport, het fysieke omhulsel waarmee je tot stof zult wederkeren. Bij de sportvelden zijn drie ingangen waar je makkelijk met je auto naar binnen kunt rijden. Het hoofdgebouw en zijn parkeer plaats zuigen iedere genodigde naar zich toe, daarlangs loopt het ‘Duivelspad’, een steil pad dat tot de grens reikt waar je het gevoel krijgt in een donker gat te tuimelen. Boven het duivelspad gloort de leerinstelling Rommelveld. Er wordt onderwezen in geestelijke, goddelijke en duivelse dilemma’s. Hoe hoger het hart hoe lager de ziel.
RAAD
Adrianus vroeg raad aan John, een van zijn vertrouwelingen. John was een eenzame man die haast onzichtbaar intervenieerde wanneer anderen problemen kregen, dan was hij er. John was bovendien kerkorganist en kerkorganisten zijn altijd onzichtbaar. Je hoort hun tonen, je ziet de pijpen van het orgel ver boven alles uitschallen maar ziet nooit diegene die het produceert. Een architectonisch staaltje om de aandacht naar God en de euchari stie te richten, al het andere is bijzaak. John is bijzaak optima forma. Adrianus reed na de begrafenis van Hendrik direct naar John’s huis en informeerde hem over de kaping van Samson en nog iemand van de ‘hei’. John begreep onmiddellijk wat er aan de hand was maar stelde Adrianus gerust door te opperen dat ze wel wisten hoe Nicky heelhuids thuis te brengen. “Kun jij niet met het kamp bellen of Nicky al terug is”? “Nee, idioot bellen wordt altijd geregistreerd, en je kunt beter ‘natuurlijk gedrag’ vertonen dat alles goed komt of er niets aan de hand is”! “Nou, ik geef het je te doen. Ik heb goeie banden met de Rommelvelders. Zij hebben mij benadert om het kamp bij hun in de buurt te beleggen, ik kan altijd op hun steun rekenen”. “Ik weet, ik weet”, suste John die als geen ander begreep dat Adrianus slechts een stroman is die zij vooruitschoven wanneer het hun uitkwam. Al die types die naast vlag en vaderland zo graag mee willen lopen in deze kindermars zijn het eerste gezien. Adrianus wilde graag zo dicht mogelijk in de buurt van kinderen vertoeven dus dat mocht van Onze lieve Heer. Hun zijn de pionnen. De bazen, gezagsdragers, geestelijke architecten van dit systeem lopen achteraan om het gejubel in ontvangst te nemen. Iedereen knikt, buigt en groet de edelen die ieder onderzoek in eigen hand houden, dat zijn ze gewend en zo willen ze het houden. John verzocht Adrianus te bidden, “het enige wat nu echt helpt. Meer kunnen we niet doen”.
DE TERUGKEER
Rond middernacht begon de operatie ‘Nicky moet terug’. Op Rommelveld hadden meer mensen lucht gekregen van de aanwezigheid van Nicky. Samson had, nadat de toestand van Nicky er niet beter op werd en hij maar bleef slapen, hulp ingeroepen. Hij verklaarde dat Jezu het jongetje in een ziekelijke heimwee toestand had meegenomen. Het jongetje was wegelopen en Jezu die rondliep op de Bloemerhei, stom maar wat een gelukkig toeval, had het kind meegenomen, loog Samson. Nu moest een arts geraadpleegd worden daar men niet wist hoe ernstig Nicky’s toestand was en met tranen in de ogen liet Samson doorschemeren ‘anders hadden we hem gewoon naar huis gebracht’! “Waarom bracht Jezu hem niet meteen naar huis”?
“Nee, natuurlijk niet dat is een dikke drie kwartier rijden, hij moest in luttele seconden een besluit nemen. Hij heeft mij juist benadert of hij hier kon komen om even voor alle zekerheid een body-check te doen”. Samson haaste zich door de lange gangen naar een van de zijgebouwen waar Nicky was binnen gebracht. Aan weerszijden van de leerinstelling lagen tal van gebouwen die als opslagruimte of voetbal kleedruimtes dienst deden. Het was er heel anoniem vertoeven, van die afgelegen ruimtes waar menig student zich kon terugtrekken met vrienden tijdens donkere uurtjes zonder dat iemand van de leiding het in de gaten had. Op Rommelveld heerste onder de studenten een sfeer die als zeer vrolijk omschreven kon worden. De vrijheid lag om de hoek, de geborgenheid stond op tafel. Daar kon men de communale, gemeenschappelijke waardes en geheimen met elkaar delen.
Er ontwikkelde zich buiten het kuiten een non-verbale taal die men alleen kan begrijpen als je deel bent van de gemeenschap. De ‘taal’ wachtte op een teken en dan stond je pas op, alles niet te snel, op maat, verscholen achter een glimmend pak en stralende gezichtjes. Nadat Nicky wederom amfetamine had gekregen van iemand die dacht het kind hiermee rustig te houden, zagen de aanwezigen dat dit medicijn zijn werk uitstekend volbracht daar Nicky direkt in slaap viel. Samson stelde voor Nicky te laten slapen, en later nog even terug te komen. De jongen moet tot zichzelf komen, dan geven we hem nog wat versterkende middelen en brengen hem naar huis. “Laat maar even rusten”, en vertrokken uit de ruimte. “Ik ga even naar het toilet”, trilde de stem van Jezu maar na het korte bezoek aan het toilet sloop hij terug naar de ruimte omdat hij zich niet langer kon beheersen. ‘Stik’, dacht Jezu, ‘ik heb genoeg van alle onthoudings rituelen en vroom gedoe hier op Rommelveld. Zij zijn geen haar beter dan wie dan ook buiten dit ommuurde klooster. Jezu had alles bij de hand, condooms uiteraard wanneer je de ‘Hei’ opgaat, of toch iemand uit de Shinto bar die zo idioot is om met hem te neuken. Jezu pakte haastig het condoom uit legde Nicky een kussen op zijn hoofd zodat hij zich niet kon omdraaien en niks kon zien. Hij wilde niks zien, had niks gezien en het mocht allemaal niet gezien worden.
SPIJT
Jezu voelt spijt, diepe spijt. Hij wilde terug, net als Nicky’s heimwee, zo voelde het, heimwee naar de plek die hij die morgen had willen overslaan. “Die idioot van een Samson neemt Nicky mee om hem naar huis te brengen en juist ik kon deze jongen begrijpen met zijn heimwee en hij zegt dat ze hem naar huis brengen? En, wat doet die idioot. Jee, hoe hadden ze hem zo makkelijk kunnen meenemen”. Jezu zuchtte meerdere maal tijdens zijn overpeinzingen, ‘sjjt, niets makkelijk, alles ging vanzelf of er een plan achter zat, een duivels plan, verdomme’. Zelfs toen we Nicky nog naar huis wilde brengen, kon het niet omdat hij maar bleef slapen. In de auto ging het mis daar bleek Nicky ademproblemen te hebben. In paniek zijn we met hem naar binnen gehold. Jezu droeg Nicky in zijn armen, Samson parkeerde de auto onopvallend. Toen ze hem eenmaal binnen hadden gebracht zonder dat ook maar iemand dit heeft kunnen merken, lag hij daar vredig in zijn ontbloot bovenlijf diep te slapen..godverdomme als....als wij nou een dokter erbij hadden gehaald maar dan was het vreemd dat wij niet direct naar de Eerste Hulp zijn gereden. Alles zat mee en dan nu deze ontwikkelingen die wij ook niet hadden kunnen voorzien. Als de duivel een plan uitvoert dan trekt hij aan méér touwen dan Onze lieve Heer. Het touw dat uit de hemel kwam liet men zakken om Nicky te halen...god, ik kan hier niet mee leven”, orakelde Jezu.
“Raak nou niet in paniek”, Jezu, riep Samson nadat duidelijk was dat Nicky geheel onverwachts overleden was! Wie heeft je nu gezien? We zijn net als mollen, we gaan ondergronds, we hebben contacten te over. Op het kamp hoeft niemand te weten hoe of wat, het ondergronds spel is al begonnen toen Nicky verdween. De schuld moet alleen in de richting van vreemden op de homo plek worden geschoven, dat is logischer dan dat hij ergens op een landweg tussen Luik en Verviers wordt gevonden”. “Hoe kun je nou zo rustig blijven”? Jezu verloor bijna zijn bewustzijn, “ik had niet gedacht tot zoiets verschrikkelijks in staat te zijn”.
Samson draaide zich om, “luister, de politie is zichtbaar, wij kunnen zien wat zij doen en niet wat wij doen. Vandaar houden wij de regie in handen. We mollen het zaakje uit, het is riskant maar het is nog veel riskanter door lukraak in de buurt van de leerinstelling of verder weg en iemand die toevallig voorbij loopt iets ziet. Het moet niet te ingewikkeld, terug zoals hij gekomen is, en niet ergens zomaar vanuit het niets een link ontstaat. Wij zorgen zelf voor deze link, basta”! Doe zo normaal mogelijk, dezelfde weg terug, dat verwacht niemand, het is de snelste weg zonder pottenkijkers. Jezu trilde helemaal, dat hij nooit een ‘catch’ had, tot daar aan toe maar de noodzaak om zich uit deze penibele situatie te murmelen deed hem walgen. Dezelfde walging zoals hij dat over zijn eigen lichaam ervoer. Zijn hele leven was een en al walging over hemzelf en wat anderen van hem vonden, walging. Walging, waarom had hij deze walging niet simpel bij hemzelf kunnen houden? Walging als rode draad in zijn leven.
“Over rood gesproken”, dacht Jezu die nu ook over zijn eigen ontsnappingsscenario begon na te denken: “we moeten Math met zijn rode driedeurs Civic vragen of hij ons zijn auto kan lenen om Nicky naar huis te brengen”? ‘Waarom zou ik alleen de schuld krijgen, vroeg Jezu zich in stilte af?’ Samson suste Jezu met de opmerking dat iedereen die in het verleden iets met jongetjes geflikt heeft, genoemd zou worden, en ja daar had hij dan toch ook weet van. “Wees gerust, wij houden dit binnen onze poorten. Er zijn zeker over onze instelling méér meldingen over misbruik maar ik zeg je Jezu, we houden dit desondanks binnen onze poorten omdat Godsrijk op het spel staat, en niet zoals in een incestueus gezin de vader of de moeder daar is de persoon schuldig. Hier het instituut. We zitten relatief veilig, we moeten alleen Nicky terugbrengen en daar moet een masterplan bij passen. Hij is verdwenen bij volle maan en komt terug in een blik maanstof. Zoals hij verdwenen is zo komt hij terug! In stilte en onzichtbaar.”
Jezu was perplex, die rust en die durf daar kon hij zich niets bij voorstellen. Hij voelde zich gekruisigd maar kon zich niet van zijn pijn losmaken. Hij hing aan zijn eigen kruis, niet anderen hadden hem hiertoe veroordeeld maar hijzelf. Voor welke zonden moest men hem nu straffen als ze hem al vergiffenis hadden geboden in ruil voor stilzwijgen?
Er brak grote paniek uit daar Rommelveld op geen enkele wijze in verband mocht worden gebracht met deze afschuwelijke daad. Samson reed in de namiddag naar het kamp om brutaal polshoogte te nemen van de situatie. Nonchalant liep hij rond en praatte met enkele kampleiders, indirect vragen te stellen en om te constateren hoe het beste de situatie kon worden beoordeeld. Samsons aanwezigheid liet mensen plotseling ‘stil vallen’, of iemand de regie in handen nam zonder het toneelstuk te kennen. Heel opmerkelijk bij een vermissingszaak waar nog niet duidelijk is hoe de contouren van zo’n vermissing eruit ziet duiden op een grotere passiviteit het onderzoek te willen traineren.
Adrianus trok zich terug, wist dat hij zijn gezicht moest verbergen voor zijn omgeving. Adrianus maakte zich zorgen over een verhongerende en dorstige Nicky. Beetje quasi zat hij voor zijn tent te stumperen over aanranding op de ‘Hei’, en hoe Nicky slachtoffer was geworden. Adrianus leek twee gedachten te hebben maar zijn werkelijke gedachte sprak hij uit door angstig te verwijzen dat er ‘zeer waarschijnlijk’ iets ergs met Nicky is gebeurd. Daarbij gaf Adrianus opeens de juiste informatie: “alleen weglopen is niet het probleem maar als je niet meer terugkomt”! Adrianus wist dat er iets ergs met Nicky was gebeurd, dat bleek alleen al uit Samsons aanwezigheid daar hoefde Adrianus geen uitleg over, het was duidelijk: ‘er was waarschijnlijk iets ergs met Nicky gebeurd’.
Midden in de nacht werd het sein gegeven om Nicky terug te brengen. In allerijl werd hij in de auto gelegd, naakt, om de focus op misbruik en de homo ontmoetingsplek te suggereren. “Waar zijn de kleren, het is beter dat hij toch iets aan heeft”, riep Samson. In allerijl werd Nicky aangekleed. Vanuit Rommelveld kun je even makkelijk terugkeren, de faciliteiten, het vervoer en de ruimte waren aanwezig. Makkelijk rij je de autoweg op, om tussen de dorpen door dezelfde weg terug te nemen. Er zijn meerdere mogelijkheden maar bewoners verklaren dat er een gangbare route is naar de homo plek en dat zij weinig last hebben van nachtelijk verkeer. Via de andere kant zijn er meerdere veldwegen, om aan de rand van het eerste gedeelte bij de parkeerplaats 1 km verderop, Nicky neer te leggen.
“Leg hem neer bij de dennenbomen, ik heb daar vlakbij twee neukende types gespot, kon door het koren niet alles zien maar dat is aan begin Bloemerhei aan de andere kant van de parkeerplaats”, riep Jezu. Ze reden tegen de ochtend de donkere paden in, ondanks dat de weg op sommige stukken overhelt. Eenmaal aan de bosrand besloot men met gedoofde lichten zover mogelijk het bos in te rijden. Er was genoeg licht van de maan en het was nauwelijks honderd meter waar de weg onbegaanbaar werd. De mannen sprongen uit de auto, sleepten Nicky naar de overkant in het dennenbosje, legden hem daar keurig neer om de kans dat hij snel gevonden zou worden enigszins te beperken. Bovendien de plek was symbolisch, dennen, kerstbomen, als een kindje Jezus bij het kribje wilde men aangeven dat men spijt had maar dat Nicky onwel was geworden van de temazepam, een combinatie van angst en heimwee, en dat hij zich half ontbloot had gemanifesteerd, waren de elementen met volle maan en zijn droog waaiende stoffen, ontstond dit doem scenario. Iedereen zou worden gehypnotiseerd en met goddeloze verdoemenis worden betoverd.
IN DE OCHTEND
Adrianus heeft inmiddels te horen gekregen wat er is gebeurd uiteraard van Samson en die is gewoon weer op zijn plek, doet zijn werk rent van hot naar her en krijgt het voor elkaar om een brede tent, een vale bungalow zonder slaapcabines op de parkeerplaats neer te zetten. Precies op de plek waar Nicky zijn eerste ‘medicijn’ kreeg. De reden om enige rust voor de kinderen te creëren wordt door de ouders van Nicky als een gotspe gezien wanneer zij na een slapeloze nacht het parkeer terrein willen oprijden. Een tent buiten het kamp vlak aan de weg waar auto’s kunnen komen zul je juist extra je best moeten doen om kinderen in de gaten te houden. Adrianus praat met Sjors hij deelt hem in korte, beknopte wijze mee dat er van alles fout is gegaan, ‘laat jij de politie weten dat de tent dient als crisisopvang’. Nog geen uur daarvoor werd beweerd dat die tent er is om rust te creëren voor de kinderen. Nu krijgt de tent opeens de titel ‘crisisopvang’.
Het wekt de sympathie van de politie daar zij op het kamp dan zelf beter polshoogte kunnen nemen. De speurhonden gaan logischer wijs naar het beekje, daar gaan alle kinderen heen om te zwemmen die voor een dagje uit, in zijn. De ‘er is niets aan de hand attitude van de leiding stoort de politie inmiddels ook, alle kinderen worden naar huis gestuurd ruim 33 uur na de vrijwillige verdwijning van Nicky, want zo werd het genoemd. Vrijwillig!
Cyriel zocht naar woorden om aan te geven dat hij wel degelijk kon nadenken, “eigenlijk weet ik wel wie het heeft gedaan maar ook ik zit met een probleem. Je moet het zo zien er zijn ‘verbandjes’ en ‘zaakjes’ die altijd op de achtergrond worden geregeld. Natuurlijk is er een groot ‘Mea culpa maxima culpa’ schuld complex, ze wassen allemaal hun handen in onschuld maar die grote uitwas van misbruik en seksuele onderdrukking in de kerk, en in het bijzonder onze provincie, is Nicky het slachtoffer geworden van deze puist die niet langer onder de huid kon blijven etteren. Sommige officieren van justitie hebben altijd gepleit voor minder openbaarheid, ondanks de vrijheid van meningsuiting hebben ze daar problemen mee. Justitie die de relatie met de kerk op de ladder van het geweten toetsten omdat zij zelf katholiek waren, en die cultuur van geheimhouding strookte niet met de grotere openheid in tal van misbruikzaken door geestelijken zelf veroorzaakt, in een seculiere, seksueel open maatschappij.
IN BEELD
Samson komt in beeld wanneer blijkt dat Nicky waarschijnlijk tien uur later is overleden. John kan tegen Adrianus niet uitleggen waarom Samson opeens dan wél in beeld komt. “Was het beeld eerst niet goed”, vroeg Adrianus aan John? “Zat er sneeuwruis op het scherm? Maanstof? De informatie dat Nicky waarschijnlijk twaalf uur later is overleden heeft invloed op jullie verdenking richting Samson”? Adrianus draaide zich direct om naar John, hij kon zijn ogen niet geloven. “Wauw, hoe kun je zo stom zijn om dit te opperen”? John drukte Adrianus op zijn hart dat hij de zaken onder controle had.
“Samson komt in beeld om...”. “Ja, waarom komt hij nu pas in beeld terwijl je weet dat hij die ochtend wel op het kamp was”. “Kalm aan Adrianus toen was Nicky nog levend in de veronderstelling dat Samson zijn zaakjes op orde had. Hij had een alibi maar daar hebben zij vraagtekens bij gezet. Hij heeft opzettelijk mensen in deze zaak meegesleurd omdat daar niemand in staat was zijn hoofd koel te houden. Er waren al verschrikkelijke dingen gebeurt voordat iemand ook maar in staat was in te grijpen. Een jongetje dat onwel werd, het 'pammetje', de alcohol, de paniek en het ziekmakende heimwee”. John wilde zijn hele visie geven, twijfelde even en ging verder. “De hoge temperatuur, een ondraaglijke volle maan, het ontspannen op een vakantie, het avontuur! Ik lijk wel gek om deze dingen allemaal te bezigen maar ze speelden allemaal een rol. Een fatale rol, gedoemd om te zwijgen, ook zo’n kant aan dit afschuwelijke verhaal, er moest zo nodig gezwegen worden”. John liep naar de keuken, nam koffie zonder Adrianus iets aan te bieden. “Gedane zaken nemen geen keer, en die klootzakken hadden spijt...ook dat nog SPIJT! Ze legden hem neer bij het kerstperceel, de kerstboom...het kindje bij de kerstboom”! “Ja, ze hadden de bedoeling om de homo-ontmoetingsplek erbij te lappen. Manipulatie van de bovenste orde”, trilde Adrianus die niet anders kon dan zich neerleggen bij Johns betoog. “Luister, Adrianus, ik heb overleg met betrokkenen. Deze zaak mag nooit in de openbaarheid komen, het is even fataal als het ongeluk zelf. Er zijn teveel mensen die genoemd gaan worden, het instituut, internaat waar jezelf bij gewerkt heb, de broer van de kardinaal die gaat ook genoemd worden in een andere zaak. Zes meldingen van misbruik op Rommelveld waarvan de namen niet bekend zijn, nooit genoemd zullen worden door de geestelijkheid. Adrianus, ga naar huis, laat het rusten”.
ZAND EROVER
Adrianus rijdt wederom naar John belt aan, groet met gebogen hoofd en loopt direkt zonder aanwijzing naar de kamer. Adrianus probeert rust te vinden en mompelt iets over de poging van John om hem te beschermen. “Dank nog hiervoor maar ik moet je in alle eerlijkheid vertellen dat dit ook in hun eigen belang is”. “Hoezo”? “Hoezo”? John, zij verkopen deze moord als een niet te rijmen ongeluk maar vergeet niet dat in het sectie rapport zaken worden verdoezelt zoals met anale verkrachtingen waar ze geen weet van hebben. De anus stond wijd open weet je wat dit wilt zeggen? Dat die meerdere malen verkracht is, mijn God, leefde de jongen toen nog? Was hij verdoofd? Dood? Die krampachtige poging om mijn naam niet te noemen op een informatie avond, mijn God. John, justitie maakt het wel erg bont. Is dit alles om andere zaken rond het misbruik in de Spider te verheimelijken, vandaar zou men weer op andere zaken stuiten. Dan zou meerdere beschuldigingen uitgaan naar de dubieuze cultuur in deze instelling, en dat zou weer andere instellingen van gelijke huize, de verschillende congregaties hoeveel smarten ze ook bezitten, in opspraak brengen. De hele media is op deze zaak gericht juist vanwege het mysterie dat jullie nu wel groter moesten maken.
John liep met zijn grote gestalte door de kamer en liet Adrianus helemaal uitpraten. “Ad, Adrianus zoals we jouw noemen binnen de gemeenschap, je weet als je het hebt over dubieuze cultuur, dat jij daar zelf deel van uitmaakt. Jij wilt autoriteit als macht om kinderen goed op te voeden. Als wij de macht niet gebruiken doen anderen dat. Nicky was in aanraking gekomen met de jongens van de Spiders. Zij zien, weten, horen en zien meer dan je lief is. Vanaf de congregatie van Onze Lieve vrouw van Zeven Smarten, deze smartelijke, vrouwelijke broeders brachten ooit de brutale stadsjeugd uit Amsterdam naar een moerassig afgelegen gebied tussen de bossen waar ze niet eens wisten hoe ze een piemel moesten vasthouden. Een boerenbevolking die haar eigen kleren maakte, teelden en ontgonnen graan, groente en fruit en lieten naar alle waarschijnlijkheid deze verwaarloosde jongens hard werken op het land. Het is typisch ‘zand erover’ zoals wij dit in deze streek gewend zijn, beste Ad hoe in een ver verleden deze jongens zich voelden, van thuis uit verlaten en hoe ze mishandeld en geslagen werden, werd alleen door de broeders opgetekend. Zij konden zo de geschiedenis schrijven, dat zit in het DNA van onze bevolking ‘laat de waarheid aan anderen over’.
Nicky kwam later, veel later in contact met deze cultuur van rauwdouwers en voelden deze jongens aan, hun heimwee, dat typeert deze mooie jongen. Dit heimwee stroomt door zijn aderen, heimwee heeft dit kind volledig in zijn macht, daar hebben anderen misbruik van gemaakt, onbegrijpelijk waar dit vandaan komt maar hij bekoopt dit met zijn leven. Die gasten van de Spider hebben goede contacten, ook in Rommeldveld en hebben dit genoteerd zoals de broeders de geschiedenis van die verwaarloosde jeugd van Amsterdam hebben opgetekend, of beter niet heeft opgetekend. Wie heeft de stemmen van deze kinderen genoteerd? Hun onderlinge solidariteit gebroken? De cultuur van zwijgen over geweld en misbruik heeft allemaal bijgedragen aan deze dramatische gebeurtenis. Ervaren rechters die kinderen in de leeftijd van Nicky veroordeelden die er niks aan konden doen dat ze met sociaaleconomische problemen van hun ouders werden belast. Drama, drama, drama Adrianus, een groot lang drama dat bonkt en bonkt op al deze gesloten deuren waar de echo’s hoorbaar zo nu en dan teruggolven.
LAATSTE STUKJE BOS
“Ik ben erfgenaam van dat laatste stukje bos! Althans mede-erfgenaam. Mijn Opa heeft dit voor de oorlog gekocht en het gaat over naar zijn zonen, dochters, en daar weer de kinderen van, de erven die daar weer aanspraak op maken. Ik moet zeggen het is puur toeval maar sinds ik weet dat dit laatste stukje bos deel is van deze Maanstof geschiedenis is er een aardse verbondenheid met Nicky. Zo wie zo mijn hele familie volgt deze zaak op de voet, we zijn zeer betrokken”, zegt Bert tegen Cloud die hem bezocht, daar hij graag zijn twijfel, als zijn inzichten met haar wilde delen. “Het is tegen de avond, tegen acht uur dat de politie besloot om ‘het laatste stukje bos’ te gaan zoeken.
Het laatste stukje, Cloud moet je je voorstellen”! Cloud antwoordde, ”ha, dadelijk ben jij ook verdachte”! “Ja, zeker iedereen is verdachte die zich met deze zaak bemoeit: ‘who killed the Kennedy’s, when after all it was you and me, pooh pooh’. Het is een van de kenmerken van het willige afschuifsysteem dat in deze kringen gebruikelijk is. Ik ben onlangs met een boer en zijn vrouw gaan praten, deze boer zocht geen vrouw hoor, een boer die een perceel achter het stuk grond heeft waar het sleepspoor van Nicky is gevonden. Die andere boer heeft een dag later zijn tarwe gedorst, en daarmee het sleepspoor vernietigd”? Cloud zag Bert onbegrijpelijke bewegingen maken met hoofd, handen en ging zitten. “Wacht, wat ik net wilde zeggen..die boer is nooit door een politie, rechercheur, journalist of wie dan ook ondervraagd. Nooit! Heeft u misschien iets gezien, iets gehoord, wanneer bent u voor het laatst op of rond de plaats van delict geweest? Geen van dit soort vragen! Bij de 48.000 manuren, 375 mensen die bezig zijn geweest met deze zaak is deze man, hoe onbeduidend ook, nooit gehoord.
Vreemd, de onderzoeksleider noemt zeven omissies, let wel op de betekenis van dit woord in brede zin: a) nalatigheid b) dat er geen bodemmonsters zijn genomen c) verzuim. Zeven omissies Cloud, welke worden niet concreet genoemd, wel dat in het eerste onderzoek mensen hadden moeten worden aangehouden. Je vraagt je dan af ‘waarom zijn ze niet aangehouden’? Waren er dan toch meer verdachten?” Cloud probeerde het te volgen, “hadden moeten worden aangehouden, je zou zeggen, hou ze aan, what is the problem?
Dan dit, Cloud”, Bert nam de tijd om iets in te schenken, kwaad, gedreven een combinatie die hem af en toe goed afging. “Er zijn de eerste maanden veel inschattingsfouten gemaakt zodat het tweede team veel minder succesvol kon zijn. Dit voor de goede orde: deze mededeling was om de nodige binnenbrandjes te blussen, het was bestemd voor de eigen achterban, politie mensen, een dienstmededeling want tussen politie en OM was grote onenigheid ontstaan over een mogelijke, andere aanpak.
“Luister goed Cloud, ik ken de zwijgcultuur van binnen uit, er is veel gekuit maar je krijgt nooit te zien wat er achter zit of je moet deel zijn van het probleem, doordat je dingen van elkaar weet is het makkelijker om elkaar in toom te houden en zullen zaken nooit aan het licht komen. “Wat was dat ook alweer ‘kuiten’, Bert, oh ja een vorm van bezetenheid die onder veel grappen en grollen wordt geventileerd. “Precies Cloud, allemaal met de nodige ernst maar wanneer het op de waarheid aankomt, begint men met manipuleren. Dan is de waarheid niet wat het lijkt, of de feiten zijn er niet. Er is godverdomme een levenloos lichaam gevonden bij een kerstboom perceel, ik zou zeggen ‘het hele gebied afzetten’, en wat doet de politie, ze laten de boer de tarwe dorsen. Had het niet een, twee dagen kunnen wachten tot men bodemmonsters had genomen? Het zal wel bij de zeven omissies horen of waren het er toch acht?
Er liggen brieven van jongens van de Spider die verhalen over misbruik van broeders, leiders en begeleiders die interessant kunnen zijn om de lijnen, verbanden bloot te leggen tussen méér mensen die allen iets te verbergen hebben. Zo doet iedereen een duitje in de doofpot. Die zwijgt over dit, die marchandeert met de tijd, die schuift af, en weer anderen blazen in een grote fuik waar iedereen tot stilstand komt, en let op Cloud ‘the messanger’ wordt ingevroren, hij bestaat niet, ze zullen niet reageren op welk verhaal over maanstoffen dan ook. Het is fantasie zullen ze beweren, ontsproten aan een zieke overspannen geest, echter de non-fictie heeft deze moord ook niet opgelost en zal het ook nooit doen.
Men zegt dat het een ‘broeinest’ is maar dan moet je wel de durf hebben om te beweren dat het dorp, de Spider en Rommelveld en alles wat daarom heen circelt één broeinest is. Ik zal nog een boude uitspraak doen, 'iedereen wil deze moord oplossen is slechts een vorm van ijdele zelfopoffering!” “Zie je nog licht in de tunnel”, spotte Cloud. “Ah, tunnel visie er komt altijd licht op het einde...maar als je dan je ogen weer sluit omdat de werkelijkheid te verschrikkelijk is, ja wie doet dan nog zijn bek open?”
OVEREENKOMSTEN
“Vreemd maar dat gebied bij Twinnen, die veldweg die leidt naar de Spider, lijkt verdomd veel op de moordplek waar Nicky gevonden’, zegt Charles. “Toch ben ik ervan overtuigd dat bij ons niemand is die ook maar iets weet van de moord. Wie zegt dat het een man is geweest, het kan ook een vrouw zijn? Nee, ik geloof er helemaal niks van”, onderbrak Charles zijn betoog om een auto te laten passeren en nadat de auto verdween bevestigde dat hij de kampleider kende uit vroegere tijden en bevriend was met Ardrianus. Het was een gewone man, niks bijzonders, ik heb nooit iets aan hem gemerkt maar ik ben ook veel weggeweest uit Twinnen want ik heb veel gereden op een vrachtwagen. Ik kwam ook veel in Brunssum bij die Afcenters, Amerikanen die lagen op geen 20 minuten lopen van het Beverkamp..mijn God die Afcenters”, herhaalde Charles, ik heb er tussen gezeten, dat was een ongelooflijk zootje. Is hun rol ooit uitgezocht? Weet je wel wat die gasten bij de Afcent daar allemaal uitspookten”?
Zijn vraag klonk dermate onheilsspellend dat je haast niet durfde te vragen ‘wat precies’? “Natuurlijk heeft die man de schuld op de homo ontmoetingsplaats willen schuiven’. “Nou ja, nu zegt u het zelf, een man? Het zou toch ook een vrouw kunnen zijn?” Charles wachtte, knikte maar wilde zijn eigen tegenspraak niet toegeven. “Waar je naar moet kijken is niet het moment dat hij weggelopen is maar wanneer Nicky is teruggebracht. Dat is een knap werk, teamwork en moet je durven, stalen zenuwen hebben’. Charles keek verbaasd. ‘Ja, hij is acht uur nadat hij verdwenen is pas overleden. Tussen de acht uur en zes en twintig uur later. Hij moest al die tijd ergens worden vast gehouden, daar moet je de faciliteiten en ruimte voor hebben...en vervoer! Je hebt volkomen gelijk met je opmerking dat de verdachtmaking naar de homo ontmoetingsplek moest wijzen, midden in de roos. Daar waren alle ingrediënten aanwezig om het perfecte scenario voor deze moord op af te schuiven. Een super decor! Als de maan stof kon absorberen dan zoog hij de feiten op tafel. Nu is alles weggeblazen, bijna alles. Vroeg in de ochtend, alles logisch aan de rand van het bos, en zorgvuldig om bij eventuele ontdekking, spijt te betonen. Wat ik wil zeggen: dat is verdomd goed georganiseerd, verkenners eigen, dat doe je niet in je eentje!’ Charles schrok, je zag dat hij met alles had rekening gehouden maar niet met deze aannemelijke theorie. Het kon ook niet anders, een vrouw die dit kind zou willen verkrachten en vervolgens vermoorden, krijgt dit niet in haar eentje klaar. En die -high-stoned- loslopende Amerikanen van de Afcent moeten wel erg ver de hei zijn binnengedrongen maar Charles ik ga met je mee...alles kan. Maar dan kan ook....”, wachtte even, liet zijn blik over de zwarte aarde gaan waar de zon een fel najaarslicht op liet vallen, “ach laat ik het zo zeggen: ik ben ook bij de verkenners geweest en die kunnen verdomd goed organiseren, dat moet ik toegeven”! Charles stond perplex en voelde dat zijn woorden in eigen doel troffen. “Ik, ik, ik kan alleen zeggen dat de dader rustig afwacht bij alle beschuldigingen”.
“Leeft die nog”?
Verwezen wordt naar De Mysterieuze dood van Nicky Verstappen (Het verhaal van zijn ouders) Simon Vuyk / Peter R de Vries
media berichten NRC; de Limburger; de Telegraaf; De Volkskrant; en iedereen die me te woord wilde staan / familie Smeets
de tekeningen van Raph de Haas zijn niet speciaal voor het verhaal gemaakt zijn, het betreft bestaand materiaal
oktober 31st, 2013
Ospel-Heibloem-Stokershorst. Het is de omgeving waar ik al meer dan 30 jaar woon. Het was ook de leefomgeving van deze Nicky. De Brunsummerheide, de plek des onheils, was de natuurspeelplaats uit mijn jeugd. Met de welpen van Don Bosco van Heerlerbaan was de tocht naar de Rooie-beek altijd een avontuur. De Heikop was in die tijd onze verzamelplek met sanitaire voorzieningen
Mijn vrouw en ik hebben er in de negentiger jaren van de vorige eeuw in de weekenden regelmatig wandelingen gemaakt, kriskras door bos en heide. Op de Brunsummerheide kun je (nog steeds) het Zuid-Limburgse MIJN-verleden aanraken. Boven op de mijnsteenberg (verboden toegang) van de voormalige ON IV, heb je een wijde blik over het oostelijke deel van Zuid-Limburg. Nostalgia en idylle gaan daar hand in hand. Alleen de Sigrano- zilverzandwinning vreet zich gestaag een weg door mijn dierbare herinneringen.
Van de vele wandelingen in dit gebied is er echter één wandeling, die mij altijd zal bijblijven. Zoals zo vaak liepen we liepen de buitenste wandelroute, waarbij je langs de provisorische houten afrastering van het kampeerterrein van de Heikop wandelt. Het is een paadje met aan de andere kant een steile helling naar beneden, Je kunt hier dus alleen met goed fatsoen vooruit of terug.“Ons” bankje, bleek dit keer bezet te zijn.
Een jongeman, een dertiger, zat boven op de leuning met zijn voeten op het zitgedeelte, met zijn rug pal tegen het kampeerterrein van de Heikop. Naast de bank, aan zijn rechterkant stond zijn brommer. We liepen vlak langs hem, zonder een woord te wisselen.
Zijn blik in zijn ogen zal ik nooit vergeten. Het was een heel beklemmend moment.
Het was de eerste keer in mijn leven, dat ik tijdens een wandeling angst gevoeld heb.
Drie Maanden later kampeerde Nicky op dit kampeerterrein.
november 1st, 2013
“No words”! Genoeg gezegt !!!
november 1st, 2013
november 1st, 2013
Je zult de ouders maar zijn
En dan zo gebruikt worden in een beroerd geschreven necrofilie
Gatverdegatverdamme !
november 1st, 2013
november 1st, 2013
Wat is strafbaar in Nederland als het gaat om kinderporno?
Het is in Nederland strafbaar om kinderporno:
te bekijken
te bezitten
aan te bieden
te verspreiden
te maken
Ook Nederlanders die zich in het buitenland schuldig maken aan activiteiten rond kinderporno kunnen daarvoor in Nederland worden berecht.
In mijn land is kinderporno crimineel!
Ook een vermoorde minderjarige is nog steeds een kind !
Ik zal je op de hoogte stellen van de reactie van de politie.
november 1st, 2013
Maar terwijl ik dit berichtje wegstuur realiseer ik me dat dat een voor mij volkomen vanzelfsprekendheid is, waaraan ik mij in deze situatie niet kan of zal houden !
Bert, jij hebt de afgelopen jaren al meer dan genoeg publiciteit gekregen en weten te organiseren.
En dat was nodig.
Die noodzakelijke publiciteit heeft ook geweld opgeleverd naar (individuele) mensen. Zoals het hele open moeten gaan van de doofpot rond seksueel misbruik geweldadig is en is geweest, noodzakelijkerwijs.
Maar ook daaraan zijn en moeten grenzen bestaan !
In een samenleving bepaal ik die grenzen niet, bepaal ik al samenlevend slechts mijn grenzen. Maar laat ik jouw door dit soort meer dan walgelijke grensoverschrijdingen en mijn antwoord daarop jou niet triomferen in het bedrijven van jouw psychoporno ten koste van een vermoorde minderjarige, kind van ouders in onze samenleving die ook recht hebben op bescherming !
Er worden mij een beetje te veel kinderen op bestelling vermoordt En ook die hebben allemaal ouders!
En ook daar hebben zieke klootzakken met hun gemanipuleer wat je hier meer dan duidelijk doet gewoon van af te blijven!
Dank je voor je medewerking, Jos !
‘t Is meer dan hoog tijd dat we de instrumenten leren (en) in antwoord ontwikkelen en dat niet overlaten.
Fijn dat jij op Bleijerheide zat !
Je bent belangrijk in dat leren ontwikkelen van die noodzakelijke instrumenten.
november 2nd, 2013
Zoals ik in mijn reactie begon met ” Ik begon het verhaal te lezen en ik moest meteen aan Nicky Verstappen denken”, wist ik inderdaad niet dat het over het drama op de Heikop ging. Dat werd pas duidelijk na een quick-scan door deze historische pedoroman, waarbij ook nog de broeders en Amsterdamse weesjongens van de Stokershorst mochten aanschuiven.
Zoals ik heb aangegeven, was deze Heikop een geliefde plek in mijn jeugd,
De eerste plek waar je voor het eerst buiten je zeer kleine Roomse leefwereldje kon treden. Het was, het klinkt gek, als een soort buitenland.
Deze plek zit voor altijd “in” mij. Deze idyllische Heikop werd voor het eerst verstoord, door plotseling opkomende angst van de wijze waarop deze man voor mij daar “aanwezig” was. Ik voorvoelde dat al op 10 meter afstand. Een rare onbeschrijflijke angst maakte zich van mij meester, mogelijk mede gevoed door de vroeg ondergaande zon. Het was immers pas begin mei.
En dan precies 3 maanden later op “dezelfde” plek een vermissing/moord.
In die tijd had ik een collega, die in Heibloem woont en die met andere bewoners van Heibloem mee is gaan zoeken op de Brunsummerheide en hem daar gevonden samen gevonden hebben.
Ik heb hem toen mijn voorval verteld.
En lieve Crispina,
Het is enkel deze persoonlijke emotionele betrokkenheid met deze plek,
die zorgde voor de wijze waarop ik reageerde op het stuk van Bert.
Bleijerheide en de Heikop, komen in die zin overeen.
Ze zitten van jongs af geworteld in mijn diepe binnenste.
En jij was weer eens mijn katalysator.
Vandaar deze reactie
Groetjes
Jos
(Koning op mijn eigen vierkante meter)
november 3rd, 2013
maar de rijkdom van al dat lachen met vrienden en de blijdschap ervan, de bevrijding van onze eigen kleuren, heeft me waarschijnlijk een bepaald niet onbelangrijk instrument gegeven op (en over) een ander cruxiaal moment in mijn leven, het beleven van de Bijlmerramp van heel letterlijk het begin het kankeren op weer zo’n laagvliegend kreng via de luchtdruk die de balkondeur uit je handen rukt tot eind, de slachtoffers en de Kostolijst.
Rijkdom die tot rijkdom leidt die tot rijkdom leidt die tot …..enzovoorts
En het deed me erg goed jouw verhaal te mogen lezen over ervaren vrijheid en destructie te mogen lezen, die mij een andere foto liet weten
omdat ook ik – net als ieder van ons – die plekken zoals jij beschrijft hebt
waar- vanzelfsprekend denk ik – juist ook die jeugdherinneringen zo belangrijk in zijn. En ik ben maar wat blij met dat naast de gebruikelijk ongebruikelijke foto’s van mijn kinderen foto’s bijhoren van die koters van mij in Nunspeet, waar de Voorzienigheid Driehuis op vakantie ging.
Dank je wel !
‘t Is misschien wel het verschil tussen het gebruik van een peephole- en een pinhole camera.
En misschien bestaan daarvoor dan wel figuren als Professor Wolters, die niet voor niets het woord psychoporno hanteert?
De moeite van het denken meer dan waard.
Want als dat zo is, waarde Jos, zou je met een beetje knippen en vouwen en plakje kauwgom plus wat draadjes er inderdaad wel ‘s alweer in geslaagd kunnen zijn een belangrijk instrument alweer! te hebben ontwikkeld tbv. slachtoffers van dat historisch misbruik !
En dat is meer dan goed nieuws!
Nog effe, maar als jij niet uitkijkt zou je binnenkort wel ‘s opgescheept kunnen worden met een vetleren medaille namens Paus en de Majesteit en hun respectievelijke penningmeesters !
In ieder geval nu al met een hele diepe buiging en een meer dan vette lach mijnerzijds dus.
Weet je zeker dat je niet aan veelwijverij doet?
november 3rd, 2013
november 3rd, 2013
Mocht dat niet zo zijn is het wellicht interessant ‘s te kijken hoe hij een pinhole camera gebruikt heeft mbt. zijn Vietnam ervaringen?
http://www.craigbarber.com/book/
november 5th, 2013
Heb de 28 foto’s van Graig Barber op je blog bekeken.
De mens geplaatst in zijn “natuurlijke” werkomgeving.
Prachtig.
Heb zonet op NDR de Zweedse flim gezien:
Everlasting Moments / Maria Larssons Eviga ögonblick
Ligt zo dicht bij, dat wat wij samen gedeeld hebben.
zie trailer (kon de complete film niet op YouTube vinden)
Ik kende deze prachtige film niet.
Jos
http://www.youtube.com/watch?v=IS401xMnT3k
november 3rd, 2013
Dat was niet alleen mogelijk dankzij mijn voogdes van destijds met dat ene bezoekje en de daarbij in mijn kop gebleven herinneringen waardoor ik die beelden uit mijn kop kon gebruiken en de plek welhaast blindelings wist, waarover we het eerder hadden. Ik had, stomtoevallig en door de reden waarom ik daar met een bus langsreed en het tijdstip (winters kale bomen die een kerkhof lieten zien ), een fototoestel bij me.
Ik had die weg op dat kerkhof nooit kunnen vinden, of zelfs maar kunnen lopen waarschijnlijk, zonder dat constante en stap voor stap gebruik van dat fototoestel, dat een kennelijk de noodzakelijke buffer vormde tussen wie ik was, een ruim volwassen vrouw en wat ik daar had te doen. Dankzij die de dagelijkse/actuele realiteit demper/ zoeker kon het met alle emotie een fantastische ervaring worden
In het peinzen wat ik daar in vredesnaam had gedaan en vooral het proberen te snappen van het hoe, mijn soort vervanging van Bastiaans LSD trip of zo, denk ik ontdekte ik dat stukkie in mijn eigen gereedschapskist en lag fr volgende ontdekking dus voor de hand.
Laat dan maar het historisch geweld van misbruik en destructie inlcusief het grens overschijdend geweld in Bert story hierboven mede dankzij andere bijdragen, en van jou ook bepaald niet de eerste keer – jouw eigen web werk inclusief – aanvullend zijn op keuze mogelijkheden en vrijheden die ieder van ons heeft, zoals óók Bert heeft laten zien.
Ikea kastjes kunnen ook lastig zijn zonder handleiding en bijgeleverd gereedschap.
http://www.youtube.com/watch?v=1AvULw1mfJA
De volgende stap naar het vinden van
november 3rd, 2013
Het dient geen doel om etiketten te plakken op de betrekkingen tussen bezoekers van deze blog. Dat staat dus los van het man of vrouw zijn.
Er zijn een aantal bezoekers, waarmee ik inmiddels emotioneel een klik heb. Dat maakt deze blog relevant, omdat het elkaar ondersteunt. Je hoeft geen misbruikt kind te zijn om het nabij te kunnen/willen zijn. Corrie is daarvan het sprekend voorbeeld. Wij hebben, zo ook jij, een onvrijwillige isolatie van jaren meegemaakt.
Daarin kunnen we elkaar “voelen”. Dat hebben we allen gemeenschappelijk.
Dat verklaart in ieder geval de klik die ik met Bert, Ben, en ook met jou heb.
Ook met Corrie, omdat ze de spreekbuis van Leo is. Zelfs met Wammes, waar is ze toch gebleven!!!.
Zo ook de relaties met andere oud-leerlingen van Bleijerheide, via persoonlijke en/of e-mailcontacten,. (geplaatst op mijn site in map: oud-leerlingen impressies)
Ben ken ik als klasgenoot. Bert en ik hebben elkaar in de ogen gekeken op het voormalig schoolplein op de Engelendag. Klinkt misschien raar, maar het was een emotioneel moment toen we elkaar daarbij de hand gaven. Misbruikt en ongeschondene voelden immers voor mij voor even ÉÉN. Dat we naderhand in het begin op deze Blog nogal te keer zijn gegaan, komt voort uit angst voor elkaars verschillen. Ik ben/was? immers een “buitenstaander”, geen overlever. Crispina, een sensitieve vrouw, moeder en oma, voel ik vanuit haar verhalen, vertrouwen uitstralend.
Bert heeft mij ooit eens terecht verweten, dat als ik het met de inhoud van zijn verhalen op zijn eigen blog niet eens ben, dat ik dan mijn “vertier” maar elders zou moeten zoeken. Hij heeft daarin volkomen gelijk. Met zekerheid beoogt hij met al zijn bijdragen iets te willen zeggen, al dan niet afgestemd betrokkenen. Dat laatste is zijn eigen verantwoordelijkheid.
Naar aanleiding van Bert zijn laatste story hebben jij en ik in ieder geval de gelegenheid te baat genomen, om elkaar iets wezenlijks te vertellen.
Dank daarvoor.
Jos
november 4th, 2013
november 4th, 2013
Ik begrijp je verontwaardiging, als je kijkt naar wát er geschreven is.
Je neemt het op voor de kwetsbare MCU-leden.
Waarom?
Kennelijk hebben zij een dikkere huid (gekregen) dan jij.
Groetjes,
Jos
november 4th, 2013
Dat zou ook nog kunnen.
november 5th, 2013
hetgeen heeft volgens mij weinig met cosmetische smeerseltjes te maken, wél met je tenen en de grond ertussen.
november 5th, 2013
en zoals de badeend al liet zien is een olifant opblazen heel wat anders
http://www.nieuws.nl/algemeen/20131101/Grote-badeend-lek-door-noodweer-Taiwan
november 5th, 2013
Voor het schrijven van Een Blik Maanstof heb ik anderhalf jaar lang getwijfeld, geluisterd, geanalyseerd, gelezen, gepraat, theorieën binnenste buiten gekeerd, opnieuw begonnen, ik heb zachtjes gehuild toen ik al sportend in de buurt langs rende, ver voor ik informatie kreeg, de smeekbedes op bordjes van de familie aan de bomen zag hangen, -geef ons enige informatie-, en ik hoop dat ik een bijdrage kan leveren. Ik had nooit gedacht hiermee geconfronteerd te worden maar toen ik me eenmaal verdiepte in deze gevoelige materie, heb ik besloten mijn bevindingen in een zeer weloverwogen scenario samen te vatten. Mijn onderzoek gaat veel verder dan de boze blik van een bromfietser of grappige olifanten die in bad worden opgeblazen, het is allemaal zo frivool en makkelijk. Jullie moeten samen eens een keer een gezellig wandelingetje maken, kom samen de Heide op, negeer de blikken maanstof, het waait ook aan jullie voorbij, ieder zijn eigen koninkrijk op de vierkante meter, veel groter is het dan ook niet.
november 4th, 2013
Wikipedia
november 4th, 2013
maar ook ronduit gevaarlijk
november 4th, 2013
Mijn mening is, dat Bert als Bért, dit verhaal geplaatst moet hebben, en dus niet als MCU-woordvoerder. Bert publiceerde namelijk al in 2007, jaren vóórdat hij MCU oprichtte, dus op persoonlijke titel, zijn eigen misbruik-ervaringen op internet.
En zoals ik eerder schreef, Bert als Bert mag alles op zijn eigen Blog zetten.
Ik beschouw dit Blog dan ook niet als officieel MCU-communicatiemedium naar buiten toe, maar meer voor intern gebruik, stoom afblazen.
Met de MCU leden, die vroeger zélf misbruikt zijn, zal woordvoerder Bert,
zelf ook misbruikt, als hun woordvoerder extra zorgvuldig gaan.
En met het officieel publiceren van een dergelijk verhaal,
zou hij de MCU-zaak én zijn leden zeker niet dienen.
Groetjes,
Jos
PS: En speciaal voor Bert.
Ik hoor graag van je of mijn aanname juist is.
november 5th, 2013
Bedankt voor je indirect antwoord.
Als er gewandeld moet worden, dan met zijn drieën.
We hebben elkaar genoeg te vertellen, dunkt mij
Verwacht jij van de bezoekers van jouw Blog, dat ze je naar de mond praten?
Wil jij alla Limburgse Blonde Geert, dan alleen maar applaus krijgen?
Mag Crispina dan niet verontwaardigd reageren, zelfs voorzien van de nodige argumentatie?
Het verbaast me niks, dat er niet gereageerd wordt op het Nicky-verhaal, waar jij 2 jaar lang aan bezig geweest bent.
Letterlijk “NO WORDS” (van Neil Diamond ?)
Dit onderwerp ligt te ver af van de gemeenschappelijke problematiek van de MCU-leden.
En gelet op jouw reactie naar Crispina en mij toe, zullen de andere bezoekers het wel uit hun hoofd halen om een afwijkende mening neer te pennen.
Leve de democratie, óók op jouw Blog.
Jos
november 5th, 2013
november 5th, 2013
Reageren op de reacties van Crispina en mij lijkt mij inderdaad zeer lastig, maar eigenlijk van minder belang.
Het nogal controversieel Nicky-verhaal van Bert “schreeuwt” naar mijn mening om een reactie.
Wordt er hier volgens jou dan geen grens overschreden,
hoe goed ook de intenties van Bert moge zijn?
Staat de moeder van Nicky achter dit verhaal?
Moet je alles wel openbaar willen maken?
Welk doel dient deze publicatie?
Is dit dan wel de sleutel tot de oplossing?
Weet je nog hoe terecht jij boos was, toen
Jan Schafraad stukken van de klagers openbaar gemaakt had.
Mag een slachtoffer zich dan wel alles permitteren?
Neen toch!
Corrie,
Ik heb dus niet jouw reactie op onze reacties gemist, maar wel jouw standpunt ten aanzien van deze publicatie.
Groetjes
Jos
november 6th, 2013
- ik ben Nederlands Staatsburger en heb net als mijn familie- gezinsleden als zodanig aktief en passief kiesrecht en nog zo wat zaken die onderdeel zijn van mijn Europees Nationale samenleving waaronder communicatie/participatie mogelijkheden.
- Voordat ik gebruik maakte van de procedures bij de Cie. Deetman en/of Cie. Samson heb ik, en vanzelfsprekend met mijn in dagelijks leven daartoe benodigde personalia een klacht/melding gedaan bij de politie.
Die gebruikte ik ook bij deze Commissie en alles wat daarmee samenhangt
- Ik heb een weblog waarbij ik de naam Crispina gebruik, binnen de regels en de voorwaarden die daarvoor gelden. En op dat weblog staan bovendien mijn spelregels: mijn persoonlijke rechten.
- van een Stichting -ongeacht welke, of dat nu Mea Culpa United, Klokk of Het Vrolijke Flierefluitertje van Tjietjerkstradeel Zuidwest is – kun je behalve bestuurslid geen lid zijn, je kunt desgewenst wél samenwerken, aan noodzakelijke probleemoplossing bv.
- Ik heb (in mijn volwassen leven) nooit gevraagd om onder curatele gesteld te worden door welke Stichting dan ook en heb binnen al die grenzen dus het recht op het dragen van mijn eigen verantwoordelijkheid en ben daarop aanspreekbaar.
- Ik ben daarin waar het Mea Culpa aangaat gezien de belangen van mensen zlefs buitengewoon loyaal (geweest) zoals het niet ondergraven van een dergelijke samenwerkingsvorm waar (al dan niet direct betrokken) mensen voor kozen en die keuzes gerespecteerd o.a. ik het nooit hebben gevraagd gevraagd om het leggen van een connectie/link-
integendeel ik heb je altijd voorzien van mijn informatie – en dat ook aan anderen duidelijk gemaakt.
Ik heb slechts gebruik gemaakt van datgene wat Mea Culpa openlijk belijdt:
de mogelijkheid van maatschappelijke discussie, ontmoeting, het kenbaar maken van ideeen, visie etc.
Jij beschikt bovendien over meer persoonlijke informatie, waarvan mijn naam, adres, telefoonnummer slechts onderdeel zijn, waarvan je gebruik hebt gemaakt.
Dus wat nu eigenlijk – en bepaald niet voor de eerste keer – je probleem is wat je hier wenst uit te ….(tja bedenk daar zelf maar een naam voor )
is mij een raadsel.
Indien je problemen hebt over uitwisseling met andere mensen die gebruik maken van de hier aangeboden gelegenheid: prima, maak dat dan even duidelijk dan kan dat wellicht simpel opgelost worden.
Want het goede nieuws is
de wereld en haar communicatiemogelijkheden is tenslotte – mede dankzij het bestaan van grenzen en vierkante meters – groot genoeg en niet afhankelijk noch van jou persoonlijk noch van Mea Culpa.
november 6th, 2013
Ik heb mijn keuzes al lang gemaakt.