woensdag, september 28, 2022

europa voorstellen slachtoffers sexueel misbruik/kinderen/ kwetsbare mensen

Artikel 7 -- Recht op slachtofferhulp Dit artikel moet ervoor zorgen dat het slachtoffer toegang heeft tot slachtofferhulp waarbij hem informatie en advies, emotionele en psychologische steun en praktische bijstand worden geboden, wat vaak van cruciaal belang is voor zijn herstel en hem helpt het misdrijf te verwerken en om te gaan met de stress die een strafprocedure meebrengt.

Er moet zo snel mogelijk hulp worden geboden nadat het misdrijf is gepleegd, ongeacht of het aangegeven is. Die hulp kan bijzonder belangrijk zijn voor de beslissing van een slachtoffer om het misdrijf aan te geven. Ook kan het slachtoffer hulp nodig hebben in de loop van de procedure en op de lange termijn. Hulp kan worden geboden door gouvernementele of niet-gouvernementele organisaties en mag niet afhangen van overdreven procedures en formaliteiten waardoor de toegang tot die diensten belemmerd wordt. Hulp kan op verschillende manieren worden geboden: in persoonlijke gesprekken, telefonisch of met behulp van andere telecommunicatiemiddelen om hulp op zoveel mogelijk plaatsen ter beschikking te stellen. Bepaalde groepen slachtoffers, waaronder slachtoffers van seksueel geweld, slachtoffers van haatmisdrijven op grond van bijvoorbeeld geslacht of ras, of slachtoffers van terrorisme, hebben vaak gespecialiseerde hulp nodig vanwege de specifieke kenmerken van het misdrijf waarvan zij het slachtoffer zijn geworden. Voor zover mogelijk moet die hulp worden geboden.

Hoewel het verstrekken van hulp niet mag afhangen van het feit of het slachtoffer in verband met het misdrijf klacht indient bij de politie of andere bevoegde autoriteiten, zijn die autoriteiten vaak het best in staat om het slachtoffer over de bestaande hulp te informeren. De lidstaten worden daarom aangemoedigd om een kader te scheppen voor de doorverwijzing van slachtoffers naar diensten voor slachtofferhulp, onder meer door ervoor te zorgen dat de gegevensbescherming gegarandeerd is.

Artikel 8 -- Recht van het slachtoffer om een bevestiging te krijgen van zijn klacht Dit artikel moet ervoor zorgen dat wanneer een persoon een klacht in verband met een misdrijf indient, het slachtoffer een officiële bevestiging krijgt waarnaar hij bij contacten in de toekomst kan verwijzen.

Artikel 9 -- Recht te worden gehoord Dit artikel moet ervoor zorgen dat het slachtoffer in de loop van de strafprocedure de gelegenheid krijgt verdere informatie en ideeën aan te brengen of bewijselementen aan te dragen. De precieze draagwijdte van dit recht wordt geregeld door het nationale recht en kan variëren van een basisrecht op communicatie met en het aanbrengen van bewijs bij een bevoegde autoriteit tot meer uitgebreide rechten, zoals het recht bewijs in te dienen, het recht ervoor te zorgen dat bepaald bewijs wordt verzameld of het recht in de loop van het strafproces tussen te komen.

Artikel 10 -- Rechten in geval van een beslissing tot niet-vervolging Dit artikel moet ervoor zorgen dat het slachtoffer kan controleren dat de geldende procedures en regels zijn nageleefd en dat er een correcte beslissing is genomen om een vervolging ten aanzien van een bepaalde persoon te beëindigen. De precieze mechanismen voor het aantekenen van beroep worden geregeld door het nationale recht. Wel moet minimaal over het beroep worden beslist door een andere persoon of autoriteit dan die welke de beslissing van niet-vervolging heeft genomen.

Artikel 11 -- Recht op waarborgen in het kader van bemiddeling en andere vormen van herstelrecht

Herstelrecht omvat diverse diensten die worden verleend in samenhang met of voorafgaand aan, parallel met of na de strafprocedure. Zij worden verstrekt voor bepaalde misdrijven of alleen voor volwassen of minderjarige daders en omvatten bijvoorbeeld bemiddeling tussen het slachtoffer en de dader, family group conferences en sentencing circles.

Dit artikel moet ervoor zorgen dat bij het verlenen van dergelijke diensten wordt gewaarborgd dat het slachtoffer daardoor niet opnieuw gevictimiseerd wordt. Daarom moet er bij herstelrechtelijke activiteiten in de eerste plaats rekening worden gehouden met de belangen en de behoeften van het slachtoffer en erop worden toegezien dat de schade van het slachtoffer wordt vergoed en verdere schade wordt voorkomen. De deelname van het slachtoffer moet vrijwillig zijn, wat meteen impliceert dat het slachtoffer voldoende kennis moet hebben van de risico's en de voordelen om een geïnformeerde beslissing te kunnen nemen. Dit betekent ook dat rekening moet worden gehouden met factoren, zoals een machtsongelijkheid, de leeftijd, de maturiteit of de intellectuele vermogens van het slachtoffer, die zijn vermogen om een geïnformeerde keuze te maken, kunnen beperken of verminderen of die ertoe kunnen leiden dat het resultaat voor hem niet positief is, wanneer een zaak wordt doorverwezen voor herstelrecht en bij de afwikkeling van het herstelrechtelijk proces. Hoewel privégesprekken in het algemeen vertrouwelijk zijn, tenzij de partijen anders overeengekomen zijn, kan het toch in het openbaar belang zijn om factoren als bedreigingen die in de loop van het proces zijn geuit, bekend te maken. Uiteindelijk moet elke overeenkomst tussen de partijen vrijwillig tot stand komen.

malta

Artikel 23 Recht op bescherming van het privéleven

  • 1.
    De lidstaten zorgen ervoor dat de gerechtelijke autoriteiten tijdens het strafproces de nodige maatregelen kunnen treffen om het privéleven en de fotografische afbeeldingen van het slachtoffer en zijn familieleden te beschermen.
  • 2.
    De lidstaten moedigen de media aan zelfregulerende maatregelen toe te passen met het oog op de bescherming van het privéleven, de persoonlijke integriteit en de persoonsgegevens van slachtoffers.