donderdag, december 08, 2016

Met een wolk. Waar bemoeit U zich eigenlijk mee, vroeg de bisschop versus de zoen en de blijde incomste; cadeautje uit Den Haag en nog een stukkie verder



Kijk, en da's nou een kwestie van goede planning!












...
Recht op informatie over ontstaansgeschiedenis
Bij regelingen voor juridisch meerouderschap en draagmoederschap is het niet altijd meer vanzelfsprekend dat een kind met zijn ouders genetisch verwant is. De informatie over zijn ontstaansgeschiedenis wordt dan ook belangrijker. Daarmee worden bedoeld de gegevens van de eventuele zaad-, eicel- of embryodonoren, de gegevens van de eventuele draagmoeder en de gegevens van de betrokken instanties die hebben bemiddeld of medische assistentie hebben verleend. Een kind heeft recht op die informatie.

Kernen van goed ouderschap

Het recht van een kind op inzicht in zijn ontstaansgeschiedenis heeft de Staatscommissie verwoord in een van de zeven kernen van goed ouderschap. Samen met het Kinderrechtenverdrag vormen die de maatstaf bij de voorstellen voor het aanpassen van wet en regelgeving. Het gaat om: (1) een onvoorwaardelijk persoonlijk commitment, (2) continuïteit in de opvoedingsrelatie, (3) verzorging en zorg voor lichamelijk welzijn, (4) opvoeding tot zelfstandigheid in sociale en maatschappelijke participatie, (5) het organiseren en monitoren van de opvoeding in het gezin, de school en het publieke domein (de drie opvoedmilieus), (6) de vorming van de afstammingsidentiteit en (7) de zorg voor contact- en omgangsmogelijkheden van voor het kind belangrijke personen, onder wie de andere ouder.

Leden Staatscommissie

De leden van de Staatscommissie Herijking ouderschap zijn: de heer mr. A. Wolfsen, voorzitter; mevrouw prof. dr. I.D. de Beaufort, hoogleraar gezondheidsethiek aan de Erasmus Universiteit Rotterdam; mevrouw prof. dr. D.D.M. Braat, hoogleraar Obstetrie & Gynaecologie, alsmede Voortplantingsgeneeskunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen; mevrouw mr. W.J. Eusman, advocaat te Amsterdam; de heer prof. dr. J. Hermanns, emeritus hoogleraar pedagogiek aan de Universiteit van Amsterdam, thans adviseur jeugdbeleid in H&S Consult; de heer mr. dr. F. Ibili, gerechtsauditeur bij de Hoge Raad der Nederlanden; de heer mr. M.J.C. Koens, op het moment van benoeming senior raadsheer in het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, thans o.a. raadsheer-plaatsvervanger in het Gerechtshof Den Haag; de heer prof. mr. T. Liefaard, hoogleraar Kinderrechten aan de Universiteit Leiden; de heer prof. mr. A.J.M. Nuytinck, hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder personen-, familie- en erfrecht, aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en hoogleraar burgerlijk recht, in het bijzonder personen- en familierecht, aan de Radboud Universiteit Nijmegen; en mevrouw dr. A. Poortman, universitair hoofddocent Sociologie aan de Universiteit Utrecht.


Nicole Krenn 2009 
de zoen,  de zoen,  de zoen,
wat je daar
niet allemaal mee kan doen


Geen opmerkingen: