augustus 2009 Op de Internationale dag van de Gedwongen Verdwijningen, verzoekt Amnesty regeringen wereldwijd een VN-verdrag te ratificeren dat een belangrijke rol kan spelen bij
de aanpak van verdwijningen.
30 augustus herdenkt Amnesty op de 26e Internationale dag van de Gewongen Verdwijningen de slachtoffers van verdwijningen wereldwijd. Honderdduizenden gevallen van deze verdwijningen blijven onopgelost, terwijl elk jaar weer nieuwe zaken worden gerapporteerd. Regeringen gebruiken deze verdwijningen als een middel van repressie om politieke oppositie en andersdenkenden het zwijgen op te leggen en om etnische minderheden en religieuze groeperingen te vervolgen.
De internationale gemeenschap heeft in 2006 de Internationale Conventie voor de Bescherming van Alle Personen van Gedwongen Verdwijningen aangenomen, maar dit verdrag is nog niet van kracht. Deze overeenkomst verplicht staten om gedwongen verdwijningen als misdrijf in het strafwetboek op te nemen. Hierin staat dat getuigen recht hebben op bescherming en alle betrokkenen bij een verdwijning strafrechtelijk vervolgd moeten worden. Het verdrag erkent het recht van de familie van het slachtoffer om de ware toedracht van de verdwijning te horen en om schadevergoeding te vragen. Staten zijn volgens dit verdrag verantwoordelijk voor de bescherming van mensen die potentieel gevaar lopen en voor het opsporen van vermisten.
Er zijn nog maar zeven ratificaties nodig om het VN-verdrag tegen Gedwongen Verdwijningen van kracht te laten zijn. Ter gelegenheid van de Internationale dag van de Gedwongen Verdwijningen roept Amnesty regeringen op om het verdrag te ratificeren op de Algemene Vergadering van de VN op 15 september 2009. De Nederlandse regering heeft dit verdrag nog niet geratificeerd.
Meer informatie:
30 augustus herdenkt Amnesty op de 26e Internationale dag van de Gewongen Verdwijningen de slachtoffers van verdwijningen wereldwijd. Honderdduizenden gevallen van deze verdwijningen blijven onopgelost, terwijl elk jaar weer nieuwe zaken worden gerapporteerd. Regeringen gebruiken deze verdwijningen als een middel van repressie om politieke oppositie en andersdenkenden het zwijgen op te leggen en om etnische minderheden en religieuze groeperingen te vervolgen.
De internationale gemeenschap heeft in 2006 de Internationale Conventie voor de Bescherming van Alle Personen van Gedwongen Verdwijningen aangenomen, maar dit verdrag is nog niet van kracht. Deze overeenkomst verplicht staten om gedwongen verdwijningen als misdrijf in het strafwetboek op te nemen. Hierin staat dat getuigen recht hebben op bescherming en alle betrokkenen bij een verdwijning strafrechtelijk vervolgd moeten worden. Het verdrag erkent het recht van de familie van het slachtoffer om de ware toedracht van de verdwijning te horen en om schadevergoeding te vragen. Staten zijn volgens dit verdrag verantwoordelijk voor de bescherming van mensen die potentieel gevaar lopen en voor het opsporen van vermisten.
Er zijn nog maar zeven ratificaties nodig om het VN-verdrag tegen Gedwongen Verdwijningen van kracht te laten zijn. Ter gelegenheid van de Internationale dag van de Gedwongen Verdwijningen roept Amnesty regeringen op om het verdrag te ratificeren op de Algemene Vergadering van de VN op 15 september 2009. De Nederlandse regering heeft dit verdrag nog niet geratificeerd.
Meer informatie:
Bron
•Lees recente Amnesty-rapporten over verdwijningen:
- Burying the Past: 10 years of Impunity for Enforced Disappearances and Abductions in Kosovo
- Gambia: Fear rules
- Lebanon - A Human Rights Agenda for Human Rights
•Stuur een brief naar de regeringen van Burundi, Kaap Verdië, Costa Rica, Libanon, Marokko, Pakistan, Paraguay, Portugal, Servië, en Oost-Timor met het verzoek het verdrag te ratificeren
•Bekijk het interview met Natalia Estemirova over verdwijningen in Tsjetsjenië
Geen opmerkingen:
Een reactie posten